Loading

De vacuümzones gebruiken

Inleiding

De Arizona 6100 Series maakt gebruik van een vacuümsysteem om onbuigzaam materiaal op de tafel te kunnen vasthouden voor het printen. Het vacuüm van de tafel – in meerdere zones verdeeld – wordt geleverd door twee onafhankelijke vacuümpompen. Pomp 1 zorgt voor het vacuüm van zone A en zone C. De operator kan de vacuümstroming naar zone C regelen met het handmatig bediende aan/-uit-ventiel. Pomp 2 zorgt voor het vacuüm van zone B. Alle printers worden geleverd met metrische vacuümzones. De configuratie kan door een gekwalificeerd servicemedewerker worden omgezet van metrisch naar Brits (de monteur die uw printer installeert kan dit eventueel doen).

Doordat het vacuüm van de zones onafhankelijk geregeld kan worden, kan de operator met minimale vertraging printen met twee bronnen. De operator kan bijvoorbeeld een geprint paneel uit zone A verwijderen en een nieuw paneel registreren terwijl het printen in zone B wordt voortgezet. Dit wordt printen met twee bronnen ('dual origin') genoemd. (In het volgende deel wordt uitgelegd hoe dit in zijn werk gaat.)

Configuraties vacuümzone

Zoals blijkt uit de afbeelding zijn er drie A-zones en drie B-zones. Deze zones worden geregeld met behulp van de vacuümhendels. Zone B1 en A1 zijn altijd ingeschakeld als het vacuüm wordt geactiveerd. Zone A2, A3 en B2, B3 worden geregeld via de twee vacuümhendels links en de twee vacuümhendels rechts. Zone C wordt geregeld met de middelste vacuümhendel. Hiermee wordt ingesteld of de zone is in- of uitgeschakeld als het vacuüm actief is.

Doel

Het vacuümsysteem houdt het materiaal op zijn plaats op de printertafel. De zones zijn ingedeeld voor het gebruik van gangbare materiaalformaten. Als een zone geactiveerd is, moet u gedeelten die niet door materiaal worden bedekt, zelf afdekken (maskeren).

OPMERKING

Een actieve zone die goed is afgedekt geeft een meting van 68 kPa of hoger op de vacuümmeter. Als de vacuümmeter voor een actieve zone minder dan 34 kPa bedraagt en u ervoor hebt gezorgd dat het gebied op de juiste wijze is afgedekt en afgetapet, is er mogelijk een lek in het vacuümsysteem. Houd er wel rekening mee dat er sprake is van lagere vacuümniveaus bij poreus materiaal. Neem alleen contact op met een servicemedewerker als u de zone op de juiste wijze hebt afgedekt en de meter een constante lage waarde blijft aangeven.

Procedure

  1. Plaats het materiaal op de gewenste plaats op de tafel.
    OPMERKING

    Als u materiaal wilt plaatsen op printoorsprong B (A is standaard) moet u dit instellen in de ONYX-software of nadat de opdracht is verzonden in het scherm Afdrukopdrachten (dit wordt uitgelegd in het volgende gedeelte: 'Printen met twee bronnen').

  2. Maskeer alle gebieden van de actieve vacuümzone(s) die niet door materiaal worden afgedekt.
  3. OPMERKING

    Het materiaal kan meer ruimte innemen dan een enkele zone, maar als een zone actief blijft, moeten de delen van het gebied die niet door materiaal worden bedekt, worden bedekt zodat alle vacuümopeningen worden afgesloten.

    Als de middenzone niet door materiaal bedekt wordt, kan deze worden uitgeschakeld met het handmatige ventiel aan de kant van zone 1 van de printer.

    Activeer de zones die u wilt gebruiken met het pictogram op de opdrachtbalk van de module Regeling printopdrachten of met de corresponderende voetschakelaar (A of B).
  4. U start de printopdracht met het Start-pictogram op de opdrachtenbalk of met de startknop bij de vacuümmeters.
  5. Deactiveer de zone met het pictogram of de voetschakelaar zodra het beeld is geprint.
  6. Verwijder het materiaal.