Loading

Een bestaand materiaalprofiel kopiëren en dit bewerken in ONYX

Inleiding

U kunt ook een bestaand materiaalprofiel als basis gebruiken en de instellingen bewerken in ONYX.

BELANGRIJK

Kopieer een materiaalprofiel met de juiste materiaalcategorie. Verander de materiaalcategorie niet, dit kan schade aan de printkoppen veroorzaken.

OPMERKING

Deze handleiding bevat algemene informatie over het maken en wijzigen van materiaalprofielen. Profileren is een taak waarvoor u meer informatie en hulpmiddelen nodig hebt die niet aan bod komen in deze handleiding. Neem contact op met uw ondersteuningsorganisatie als u materiaalprofielen wilt maken of wijzigen.

Procedure

  1. Open de ONYX RIP-wachtrij.
  2. Klik op [Media Manager]. De Media Manager-toepassing wordt geopend.
  3. Klik op het Colorado 1650-printerpictogram en klik daarboven op [Media library].
  4. Selecteer het materiaalprofiel in de lijst en klik op [Make Copy]. Er wordt een nieuw venster geopend.
  5. Vul de naam van het nieuwe materiaalprofiel in en klik op [Ok].
  6. Selecteer het nieuwe materiaalprofiel in de lijst en klik op [Edit].

    Er wordt een nieuw venster geopend.

  7. Klik op het pictogram 'Next'. Raadpleeg de ONYX documentatie voor meer informatie over de algemene stappen.
  8. U kunt de materiaalinstellingen wijzigen onder [Basic Media Profile Settings].
  9. Klik op [Media options]. Er wordt een nieuw venster geopend.
  10. Controleer de materiaalinstellingen. Voor meer informatie, zie De materiaalinstellingen wijzigen.
    BELANGRIJK

    Verander de materiaalcategorie niet, dit kan schade aan de printkoppen veroorzaken.

  11. Geef voor het materiaal een nieuwe [Media Type Name] en klik op [Ok]. Het venster wordt gesloten.
    OPMERKING

    Controleer of de materiaaltypenaam is gewijzigd. Deze dient standaard gelijk te zijn aan de materiaalprofielnaam. U kunt ook een andere materiaaltypenaam kiezen, als deze maar uniek is. Controleer ook alle andere instellingen, met name de materiaaldikte, aangezien uw nieuwe materiaal een andere dikte kan hebben dan het materiaal van het gekopieerde materiaalprofiel.

  12. Klik op het pictogram 'Next' om de stappen te volgen.
  13. U kunt de afdrukmodus selecteren onder [Add/ Edit Modes]. Voor meer informatie, zie Een afdrukmodus selecteren.
  14. U kunt de specifieke afdrukmodusinstellingen wijzigen onder [Basic Print Mode Settings].
    OPMERKING

    Om verwarring te voorkomen, vult u dezelfde naam in als de geselecteerde afdrukmodus.

  15. Klik op [Mode options]. Er wordt een nieuw venster geopend.
  16. U kunt de rest van de materiaalinstellingen wijzigen. Voor meer informatie, zie De materiaalinstellingen wijzigen.
  17. Klik op [Ok]. Het venster wordt gesloten.
  18. Voltooi alle stappen om het materiaalprofiel te maken.