- Plaats een USB-station in de USB-poort aan de linkerkant van het bedieningspaneel.
- Plaats de originelen met de voorkant naar boven gericht in de automatische origineleninvoer (ADF) of plaats één origineel met de voorkant naar beneden gericht op de glasplaat.
- Druk op het bedieningspaneel op [Opdrachten] -> [Kopie/Scan] -> [Scannen naar USB].
Het opdrachtvenster wordt weergegeven.
- Verander de instellingen voor het origineel en het bestand.
- Druk op [Opdrachtnaam] om de standaardopdrachtnaam te veranderen.
Gebruik het toetsenbord om de naam te veranderen en druk daarna op [OK].
- Druk op [Bestemming] om de map op het USB-station aan te geven waar het bestand moet worden opgeslagen.
- Voer indien van toepassing de [Accounting-id] in.
- Druk op [Starten]
.
De originelen worden gescand. Het resulterende bestand wordt vervolgens door het systeem naar het USB-station verzonden.
- Druk op
om het USB-station te verwijderen.
- Verwijder het USB-station uit het bedieningspaneel wanneer het bericht [USB-station is uitgeworpen.] wordt weergegeven.