Inleiding tot het gedeelte Transactie

1

Dashboard

Voor transactieprinten wordt op het bedieningspaneel de volgende informatie weergegeven.

• De status van de verbinding.

• Het IP-adres van de host die de opdrachten verstuurt

• De naam van de actieve transactieopdracht

• De voortgang van de actieve transactieopdracht

2

[Status transactieprinten] 

Met het gedeelte [Status transactieprinten] hebt u toegang tot de volgende functies.

• De modus voor transactieprinten in- of uitschakelen.

• De setup voor de transactieopdrachten selecteren.

  U kunt setups opgeven in Settings Editor ([Transactieprinten] -> [Set-ups van transacties] ).

• De printer online of offline zetten. De host kan alleen verbinding met de printer maken als de printer online is.

3

[Actieve PDL] 

De actieve PDL (Printer Description Language) weergeven (alleen lezen).

U kunt de actieve PDL wijzigen in Settings Editor ([Transactieprinten] -> [Instellingen] -> [Aangevraagde PDL] ).

Wanneer u de actieve PDL wijzigt, wordt de nieuwe PDL van kracht wanneer u de printer weer online zet.

4

[Afbeeldingsverschuiving] 

De actieve instellingen voor beeldverschuiving weergeven en wijzigen, bijvoorbeeld wanneer de beelden op de voor- en achterzijde van een vel niet correct zijn uitgelijnd.

1

Stel de printer in op de modus voor transactieprinten.

Via het bedieningspaneel: [Systeem] -> [Transactie] -> [Transactieprintmodus] -> [Aan].

2

Selecteer de actieve setup die u nodig hebt.

• Via het bedieningspaneel: [Systeem] -> [Transactie] -> [Actieve transactiesetup] of

• Via Settings Editor: [Transactieprinten] -> [Set-ups van transacties] of

• Door de host via de gegevensstroom (wanneer de printer online en verbonden is).

3

Wijzig de actieve PDL wanneer momenteel de verkeerde PDL actief is. Dit is alleen mogelijk wanneer u licenties voor meerdere PDL's hebt.

Via Settings Editor: [Transactieprinten] -> [Set-ups van transacties] -> [Aangevraagde PDL].

4

Plaats het vereiste materiaal in de papierladen.

Alleen vereist wanneer in de actieve setup de modus voor lade naar lade is ingesteld.

5

Zet de printer online.

• Via het bedieningspaneel: [Systeem] -> [Transactie] -> [Transactieprinten online] -> [Aan] of

• Via Settings Editor: [Transactieprinten] -> [Instellingen] -> [Transactieprinten online of offline uitvoeren].

6

Maak verbinding met de printer.

7

Verzend de transactieprintopdrachten.

8

Druk de transactieprintopdrachten af.

U moet alle normale handelingen uitvoeren, bijvoorbeeld het papier plaatsen, de uitvoerlocaties leeg maken, de voorraden toevoegen en problemen oplossen.

9

Zet de printer offline wanneer de transactieopdrachten zijn voltooid.

• Via het bedieningspaneel: [Systeem] -> [Transactie] -> [Transactieprinten online] -> [Uit] of

• Via Settings Editor: [Transactieprinten] -> [Instellingen] -> [Transactieprinten online of offline uitvoeren].

10

Stel op de printer de modus voor documenten afdrukken weer in.

• Via het bedieningspaneel: [Systeem] -> [Transactie] -> [Transactieprintmodus] -> [Uit].