Loading

Acties voor materiaalspecifieke registratie

Procedure

Stap

Handeling

Opmerking

1

Plaats registratievel 1 met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat en druk op [OK] om te scannen.

OPMERKING

Controleer of de registratievellen juist zijn geplaatst in de linkerbovenhoek van de glasplaat. Controleer of het registratievel op de glasplaat niet gekruld is en geen ezelsoren heeft. U kunt een stapel papier gebruiken om het krullen te verminderen.

U moet de ADF-klep voor elke scan sluiten.

2

Plaats registratievel 2 met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat en druk op [OK] om te scannen.

3

Herhaal stap 1 en 2 met volgende registratievellen.

4

De materiaalregistratie is voltooid wanneer op het bedieningspaneel het bericht [Verwijder het registratievel van de glasplaat.] verschijnt

Druk op [Volgende] .

5

Op het bedieningspaneel verschijnt het bericht [Wilt u de verificatiegrafiek afdrukken?]. Wanneer u op [Ja] drukt, wordt de verificatiegrafiek afgedrukt.

De automatische materiaalregistratie is voltooid.

OPMERKING

Met de aanpassing van de materiaalspecifieke registratie worden alle eerder uitgevoerde automatische of handmatige materiaalspecifieke registraties overschreven.

6

Als de aanpassing is gelukt, wordt dit pictogram achter het materiaal weergegeven in de materiaalcatalogus in Settings Editor.

7

Wanneer de volgende punten van toepassing zijn, moet u het werkelijke velformaat invoeren via de handmatige materiaalregistratie voor dit materiaal.

  • De materiaalregistratie is niet optimaal en

  • Het vel is groter dan 420 mm in de X-richting (invoerrichting) en groter dan 297 mm in de Z-richting (loodrecht op de invoerrichting).

Zie Registratiewaarden.

Wanneer u niet het werkelijke velformaat invoert, ziet u een grote afwijking in de registratie van de voorzijde naar de achterzijde.

8

Als de materiaalregistratie niet optimaal is, gaat u verder met de volgende optie.

Druk de verificatiegrafiek af om te controleren of de materiaalregistratie nu optimaal is.