Elk tabbladmateriaal heeft een [Cycluslengte]. Het aantal tabbladen dat per keer wordt weergegeven in het venster [Afdrukvoorbeeld] is gelijk aan de [Cycluslengte] voor dit tabbladmateriaal. De [Cycluslengte] wordt opgegeven in de [Materiaalcatalogus] voor elk tabbladmateriaal.
Voor een correcte positie van het tabbladopschrift moet u de instelling [Boven/onder inspringen] in de [Materiaalcatalogus] opgeven. De [Boven/onder inspringen] is de afstand tussen de bovenzijde van het tabbladmateriaal en de bovenzijde van het eerste tabblad.
U moet de volgorde van de tabbladen in het documenttype opgeven.
Gebruik het dialoogvenster [Tabbladopschriften] om de tekst op de tabbladen in uw document op te geven. Een document kan aflooptabbladen of tabbladmateriaal bevatten. In het venster [Afdrukvoorbeeld] wordt weergegeven hoe de tabbladopschriften worden afgedrukt op de tabbladen.
U moet een groep tabbladopschriften maken voor elk tabbladmateriaal dat u gebruikt in uw document. U kunt maximaal 4 tabbladgroepen opgeven. U kunt alle tabbladopschriften opgeven voordat u de tabbladen toevoegt aan uw document.
OPMERKING
Een document kan aflooptabbladen of tabbladmateriaal bevatten.
Klik op [Document] en [Tabbladopschriften].
Geef een tabbladopschrift voor elke rij op. Een tabbladopschrift kan maximaal drie regels tekst bevatten.
[Set starten] of [Doorgaan met set]
Gebruik de knop [Set starten] om met een nieuwe set tabbladen te beginnen. Het eerste tabblad bevindt zich in de rechterbovenhoek bij de staande afdrukstand. Bij de liggende afdrukstand bevindt het eerste tabblad zich in de rechteronderhoek.
De set tabbladen bevat bijvoorbeeld 5 tabbladen. Selecteer het vierde tabbladopschrift. Klik op de knop [Set starten]. Nu wordt het geselecteerde tabbladopschrift het eerste tabbladopschrift van een nieuwe set tabbladen. De ongebruikte tabbladen van de vorige set, in dit voorbeeld de tabbladen vier en vijf, worden genegeerd. Nu worden de tabbladopschriften voortgezet op een nieuwe set tabbladen. De knop [Set starten] verandert in [Doorgaan met set] voor het eerste tabblad van de nieuwe set tabbladen. Klik op de knop [Doorgaan met set] om deze handeling ongedaan te maken.
Gebruik de vervolgkeuzelijst [Uit materiaalcatalogus] om het materiaal te selecteren dat u wilt gebruiken voor de tabbladen. U kunt hier alleen het materiaal [Tabblad] selecteren. U kunt ook nieuw materiaal maken. Klik op de knop [Nieuw...] om nieuw tabbladmateriaal op te geven. Zie Materiaal aan de materiaalcatalogus toevoegen.
Gebruik de opties [Horizontaal] en [Verticaal] om het tabbladopschrift uit te lijnen.
Gebruik de gekoppelde optie [Marge] om de afstand aan de bovenzijde en de afstand naast het opschrift op het tabblad in te stellen. Dezelfde waarde wordt gebruikt voor de voor- en achterzijde van het tabblad.
Geef de [Afdrukstand] van het tabbladopschrift op.
Gebruik de optie [Opschrift afdrukken] om op te geven of de opschriften ook op de achterzijde van het tabblad moeten worden afgedrukt.
Niet met alle ondersteunde printermodellen kan op de achterzijde van het tabblad worden afgedrukt. Wanneer u een dergelijke printer selecteert, wordt hierover in het meldingsgebied een melding weergegeven.
Gebruik de optie [180 graden draaien] om de afdrukstand van het opschrift aan de achterzijde van het tabblad op te geven.
Niet met alle ondersteunde printermodellen kan op de achterzijde van het tabblad worden afgedrukt. Wanneer u een dergelijke printer selecteert, wordt hierover in het meldingsgebied een melding weergegeven.
Een tabbladopschrift kan maximaal drie regels tekst bevatten. De extra regels tekst worden buiten het tabblad afgedrukt.
Selecteer deze optie om de tekst bij te snijden. Nu wordt alleen de tekst afgedrukt die past op het tabblad.
Klik op [Geavanceerd...] om de tekst te configureren en/of een afbeelding toe te voegen aan het geselecteerde tabbladopschrift.
U kunt BMP-, GIF-, TIFF-, TIF-, JPEG-, JPG-, PNG- en EPS-afbeeldingen toevoegen.
Klik op [OK].
Met de knoppenbalk van het dialoogvenster Tabbladopschrift kunt u de volgende handelingen uitvoeren:
|
Aanvullende acties |
Omschrijving |
|---|---|
|
[Verwijderen] |
Gebruik deze knop om het geselecteerde tabbladopschrift te verwijderen. De tabbladpagina in het document wordt niet verwijderd. |
|
[Omhoog] / [Omlaag] |
Gebruik deze knoppen om het geselecteerde tabbladopschrift omhoog en omlaag te verplaatsen. |
|
[Invoegen] |
Gebruik deze knop om een nieuw tabbladopschrift voor het geselecteerde tabbladopschrift in te voegen. |
|
[Nieuwe groep] |
Gebruik deze knop om een nieuwe groep met tabbladopschriften te maken. U moet een groep tabbladopschriften maken voor elk tabbladmateriaal dat u gebruikt in uw document. U kunt maximaal 4 tabbladgroepen opgeven. |
|
[Groep verwijderen] |
Gebruik deze knop om de geselecteerde groep met tabbladopschriften te verwijderen. |