Kleurinstellingen

Inleiding

In de Settings Editor van de printercontroller kunt u basisinstellingen voor kleuren maken voor uw documenttypen, workflow of kleurentoepassingen. U kunt de nieuwe basisinstellingen voor kleuren gebruiken in het dialoogvenster Afdrukken.

[Vooraf ingestelde kleur]

Een basisinstelling voor kleuren is een verzameling instellingen voor kleur en kwaliteit die overeenkomt met een specifiek documenttype, specifieke workflow of kleurentoepassing. Een basisinstelling voor kleuren is opgegeven in de printercontroller en is beschikbaar bij het printerstuurprogramma. Gebruik de Settings Editor van de printercontroller om nieuwe basisinstellingen voor kleuren te maken. Gebruik deze instelling om af te drukken met een optimale afdrukkwaliteit.

[Aangepaste vooraf ingestelde kleuren]

Gebruik de [Aangepaste vooraf ingestelde kleuren] om de kleurinstellingen van de geselecteerde basisinstelling voor kleuren alleen voor de huidige opdracht te wijzigen. Als u op [Aangepaste vooraf ingestelde kleuren] klikt, wordt het venster [Aangepaste vooraf ingestelde kleuren] geopend. Gebruik de Settings Editor van de printercontroller om nieuwe basisinstellingen voor kleuren te maken.

Het venster [Aangepaste vooraf ingestelde kleuren]

De printercontroller gebruikt de ingebouwde kleurprofielen en rendering intents van de objecten in het document. Objecten waarvoor een kleur is opgegeven in DeviceRGB of DeviceCMYK hebben geen kleurprofiel en rendering intent ingebouwd. Voor deze objecten worden voor een optimale afdrukkwaliteit een standaard invoerkleurprofiel en rendering intent opgegeven door het printerstuurprogramma.

Instelling	Omschrijving
[Naam]	De naam van de basisinstelling voor kleuren. Dit zijn de standaardnamen voor de basisinstellingen voor kleuren. Zwart-wit Office-documenten Fotografische inhoud Als u een instelling wijzigt in het printerstuurprogramma, wordt [Naam] gewijzigd in [Aangepaste vooraf ingestelde kleuren].
[Beschrijving]	De [Beschrijving] van de basisinstellingen voor kleuren geeft u informatie over het moment dat u de basisinstelling van kleuren kunt toepassen.

Instelling

Omschrijving

[Naam]

De naam van de basisinstelling voor kleuren. Dit zijn de standaardnamen voor de basisinstellingen voor kleuren.

Zwart-wit
Office-documenten
Fotografische inhoud

Als u een instelling wijzigt in het printerstuurprogramma, wordt [Naam] gewijzigd in [Aangepaste vooraf ingestelde kleuren].

[Beschrijving]

De [Beschrijving] van de basisinstellingen voor kleuren geeft u informatie over het moment dat u de basisinstelling van kleuren kunt toepassen.

Geef de instellingen voor [Kleur] op.

Instelling	Omschrijving
[Kleur]	Afdrukken in [Kleur] of [Zwart-wit].
[Raster voor graphics en afbeeldingen]	Bepaalt het raster voor afbeeldingen. We raden u aan om de standaardoptie te gebruiken.
[Raster voor tekst]	Bepaalt het raster voor tekst. We raden u aan om de standaardoptie te gebruiken.
[Steunkleur zoeken]	Een steunkleur in een document wordt gedefinieerd als een kleurnaam en een alternatief kleurprofiel. De printercontroller gebruikt de kleurnaam om de best overeenkomende kleur van de printer te vinden. De kleuren van de printer worden gedefinieerd in kleurbibliotheken op de printercontroller. Selecteer [Nee] om het alternatieve kleurprofiel te gebruiken. Selecteer [Ja] (standaard) om de kleuren van het document te laten overeenkomen met de kleurbibliotheek van de printercontroller.
[Kleurtoewijzingsgroep]	U kunt een kleurtoewijzingsgroep selecteren om kleurtransformaties toe te passen op de afbeeldingskleuren. Met kleurtoewijzingen worden de afbeeldingswaarden opnieuw toegewezen voor afdrukdoeleinden. U kunt een kleurtoewijzingsgroep voor RGB, CMYK of steunkleuren selecteren om de afbeeldingen opnieuw toe te wijzen aan een steunkleur.
[Output intent PDF/X]	De uitvoeropzet wordt gedefinieerd door een profiel. De uitvoeropzet staat voor wat de oorspronkelijke auteur in gedachten had voor de definitieve uitvoer. Stel dat de auteur het document in een RGB-kleurruimte maakt, maar het document moet worden afgedrukt op een SWOP-printer. In dit geval kunt u een SWOP-profiel selecteren als [Output intent PDF/X].
[Overprintsimulatie PDF]	Standaard neemt de bovenste kleur de kleuren uit als u ondoorzichtige, overlappende kleuren afdrukt. U kunt overvul gebruiken om uitnemen te voorkomen en ervoor te zorgen dat de bovenste overlappende drukinkt naast de onderliggende inkt transparant lijkt. Deze instelling wordt gebruikt door Adobe Acrobat. Deze instelling is niet beschikbaar voor alle printermodellen.
[Zwarte overprint forceren]	Schakel deze optie in om ervoor te zorgen dat een zwart type gekleurde objecten erachter altijd overvult.

Geef de instellingen voor [DeviceRGB / Geïntegreerde profielen] op.

Instelling	Omschrijving
[Invoerprofiel]	In [Invoerprofiel] wordt een referentiekleurwerkruimte opgegeven voor de kleurgegevens van de objecten in het document. Een [Invoerprofiel] wordt gebruikt om kleuren op te geven onafhankelijk van het apparaat. De volgende DeviceRGB-opties zijn beschikbaar: sRGB Gebruik dit invoerprofiel in Windows Office of een soortgelijke omgeving. [Geen] Met deze optie kunt u de kleuren van de printer gebruiken. AdobeRGB1998 Gebruik dit invoerprofiel als de documenten zijn voorbereid voor high-chroma-apparaten. AppleRGB Gebruik dit invoerprofiel als de documenten zijn voorbereid in Apple-omgevingen. ColorMatchRGB Gebruik dit invoerprofiel als de kleurgegevens zijn gegenereerd in een erg grote kleurenwerkruimte. Gebruik [Perceptueel] als [Rendering intent] zodat kleurgebieden niet worden bijgesneden en details behouden blijven.
[Rendering intent]	Met [Rendering intent] wordt de wijze bepaald waarop kleuren worden geconverteerd. Dit is nodig omdat kleurgamma's per apparaat (beeldscherm, printer) verschillen. De vereiste afdrukkwaliteit bepaalt de benodigde rendering intent voor een optimale kleurconversie. De volgende opties zijn beschikbaar: [Absoluut colorimetrisch] De exacte kleuren binnen het gamma van de printer blijven behouden, zelfs de kleuren in de buurt van het witpunt. Druk witte gebieden met een lichte achtergrond af. Kleuren die buiten het gamma vallen, worden toegewezen aan kleuren op de rand van het printergamma. Details, continuïteit en contrast in gekleurde gebieden kunnen verloren gaan vanwege de toewijzing. Deze instelling is nuttig voor het toewijzen van steunkleuren en het maken van proefafdrukken. [Relatief colorimetrisch] De exacte kleuren binnen het gamma van de printer blijven behouden, behalve de kleuren in de buurt van het witpunt. Witte gebieden worden perfect wit afgedrukt (er wordt geen toner of inkt gebruikt). Kleuren die buiten het gamma vallen, worden toegewezen aan kleuren op de rand van het printergamma. Details, continuïteit en contrast in gekleurde gebieden kunnen verloren gaan vanwege de toewijzing. Deze instelling is handig voor het maken van proefafdrukken. [Perceptueel] (standaard) Alle kleuren worden ten opzichte van elkaar geconverteerd zodat de details, de continuiteit en het contrast behouden blijven. Kleuren die buiten het gamma vallen, worden toegewezen aan kleuren in het printergamma. Witte gebieden worden perfect wit afgedrukt (er wordt geen toner of inkt gebruikt). Deze instelling is nuttig voor het afdrukken van afbeeldingen of foto's. [Verzadiging] Alle kleuren worden ten opzichte van elkaar geconverteerd om verzadigde kleuren en pure kleuren zoveel mogelijk te behouden. Kleuren die buiten het gamma vallen, worden toegewezen aan kleuren in het printergamma. Witte gebieden worden perfect wit afgedrukt (er wordt geen toner of inkt gebruikt). Deze instelling is handig voor presentaties, lijntekeningen, histogrammen, artist impressions, business graphics, enzovoort.
[Geïntegreerde profielen en DeviceRGB-instellingen gebruiken]	De ingebouwde kleurprofielen worden gebruikt.De instellingen voor [Invoerprofiel] en [Rendering intent] worden gebruikt voor objecten in documenten met de kleurenspecificatie DeviceRGB.
[Geïntegreerde profielen overschrijven met DeviceRGB-instellingen]	In plaats van de ingebouwde kleurprofielen worden [Invoerprofiel] en [Rendering intent] gebruikt.De instellingen voor [Invoerprofiel] en [Rendering intent] worden gebruikt voor objecten in documenten met de kleurenspecificatie DeviceRGB.

Geef de instellingen voor [DeviceCMYK / Geïntegreerde profielen] op.

Instelling	Omschrijving
[Invoerprofiel]	In [Invoerprofiel] wordt een referentiekleurwerkruimte opgegeven voor de kleurgegevens van de objecten in het document. Een [Invoerprofiel] wordt gebruikt om kleuren op te geven onafhankelijk van het apparaat. De lijst met profielen voor DeviceCMYK bevat kleurprofielen die zijn gedefinieerd door officiële standaardiseringsinstanties. Selecteer het CMYK-kleurprofiel dat ook is gebruikt om het document te maken. Selecteer geen kleurprofiel als u de DeviceCMYK-instellingen hetzelfde wilt laten wilt laten.
[Rendering intent]	Met [Rendering intent] wordt de wijze bepaald waarop kleuren worden geconverteerd. Dit is nodig omdat kleurgamma's per apparaat (beeldscherm, printer) verschillen. De vereiste afdrukkwaliteit bepaalt de benodigde rendering intent voor een optimale kleurconversie. De volgende opties zijn beschikbaar: [Absoluut colorimetrisch] De exacte kleuren binnen het gamma van de printer blijven behouden, zelfs de kleuren in de buurt van het witpunt. Druk witte gebieden met een lichte achtergrond af. Kleuren die buiten het gamma vallen, worden toegewezen aan kleuren op de rand van het printergamma. Details, continuïteit en contrast in gekleurde gebieden kunnen verloren gaan vanwege de toewijzing. Deze instelling is nuttig voor het toewijzen van steunkleuren en het maken van proefafdrukken. [Relatief colorimetrisch] De exacte kleuren binnen het gamma van de printer blijven behouden, behalve de kleuren in de buurt van het witpunt. Witte gebieden worden perfect wit afgedrukt (er wordt geen toner of inkt gebruikt). Kleuren die buiten het gamma vallen, worden toegewezen aan kleuren op de rand van het printergamma. Details, continuïteit en contrast in gekleurde gebieden kunnen verloren gaan vanwege de toewijzing. Deze instelling is handig voor het maken van proefafdrukken. [Perceptueel] (standaard) Alle kleuren worden ten opzichte van elkaar geconverteerd zodat de details, de continuiteit en het contrast behouden blijven. Kleuren die buiten het gamma vallen, worden toegewezen aan kleuren in het printergamma. Witte gebieden worden perfect wit afgedrukt (er wordt geen toner of inkt gebruikt). Deze instelling is nuttig voor het afdrukken van afbeeldingen of foto's. [Verzadiging] Alle kleuren worden ten opzichte van elkaar geconverteerd om verzadigde kleuren en pure kleuren zoveel mogelijk te behouden. Kleuren die buiten het gamma vallen, worden toegewezen aan kleuren in het printergamma. Witte gebieden worden perfect wit afgedrukt (er wordt geen toner of inkt gebruikt). Deze instelling is handig voor presentaties, lijntekeningen, histogrammen, artist impressions, business graphics, enzovoort.
[Geïntegreerde profielen en DeviceCMYK-instellingen gebruiken]	De ingebouwde kleurprofielen worden gebruikt.De instellingen voor [Invoerprofiel] en [Rendering intent] worden gebruikt voor objecten in documenten met de kleurenspecificatie DeviceCMYK.
[Geïntegreerde profielen overschrijven met DeviceCMYK-instellingen]	In plaats van de ingebouwde kleurprofielen worden [Invoerprofiel] en [Rendering intent] gebruikt.De instellingen voor [Invoerprofiel] en [Rendering intent] worden gebruikt voor objecten in documenten met de kleurenspecificatie DeviceCMYK.

Geavanceerde zoekopdracht