Loading

Het venster [Structuur]

In de weergave [Structuur] wordt een overzicht van de pagina's van het document weergegeven. U kunt pagina's naar de weergave [Structuur] slepen en neerzetten. In kolommen en Pictogrammen wordt feedback gegeven over de vellen en pagina-instellingen. Elke werkruimte biedt een andere verzameling kolommen. Afhankelijk van de werkruimte, kunt u een of meer van de volgende kolommen gebruiken:

  • In de kolom [Pagina] worden de pagina's en lege vellen in het document weergegeven. De kolom [Pagina] bevat de logische pagina-index.

  • In de kolom [Geselecteerde objecten] wordt aangegeven hoeveel objecten op elke pagina zijn geselecteerd. Gebruik het hulpmiddel [Objecten selecteren] in het afdrukvoorbeeld om objecten te selecteren. Of klik op [Extra] - [Objecten selecteren].

  • [Gedeelte]

    U kunt achtereenvolgende pagina's die bij elkaar horen (bijvoorbeeld hoofdstukken) in een gedeelte groeperen. Met een balk wordt aangegeven welke pagina's in een gedeelte zijn gegroepeerd. U kunt een gedeelte in subgedeelten verdelen. Hier zijn vijf niveaus mogelijk. De naam van elk [Gedeelte] -niveau wordt weergegeven.

  • [Materiaal]

    De opeenvolgende pagina's met hetzelfde materiaal worden gegroepeerd in een [Materiaal] -groep. Als materiaal in het document wordt gebruikt dat is verwijderd uit de [Materiaalcatalogus], wordt dit materiaal grijs weergegeven.

  • [Uitvoergroep]

    De opeenvolgende pagina's die tegelijk worden geniet of gevouwen, worden gegroepeerd in een [Uitvoergroep] -groep. In deze kolom wordt ook het documenttype weergegeven.

  • [Paginaformaat]

    De opeenvolgende pagina's met hetzelfde papierformaat, dezelfde afdrukstand en vouw .

  • [Geponst]

    De opeenvolgende pagina's met hetzelfde ponspatroon worden gegroepeerd in een [Geponst] -groep.

De weergave [Structuur] configureren

U kunt de kolommen aanpassen:

  • Kolommen weergeven of verbergen

    Klik op [Weergave] - [Kolommen weergeven] om op te geven of een kolom moet worden weergegeven.

  • Kolomvolgorde

    U kunt de volgorde van de kolommen wijzigen door de kolomkoppen naar een nieuwe positie te slepen.

  • Kolombreedte

    U kunt de scheidingstekens in de kolomkop slepen om de breedte van een kolom te wijzigen.

  • Kolombijschrift

    U kunt het kolombijschrift weergeven of verbergen door te dubbelklikken op de kolomkop.

Onderste balk

Hulpmiddel

Omschrijving

Klik op de knop [Alle groepen samenvouwen] om alle paginagroepen met hetzelfde materiaal samen te vouwen.

Deze optie is eveneens beschikbaar via [Weergave] - [Alle groepen samenvouwen].

Klik op de knop [Alle groepen uitvouwen] om alle paginagroepen met hetzelfde materiaal uit te vouwen.

Deze optie is eveneens beschikbaar via [Weergave] - [Alle groepen uitvouwen].

Paginanummers invoeren

Voer paginanummers of een paginabereik in het veld [Pagina's] in om pagina's te selecteren. Het teken n wordt gebruikt om de laatste pagina op te geven. Met het teken * geeft u alle pagina's op. Bijvoorbeeld: 1,5,9-n.

Uitgeschakelde pagina's en blanco vellen kunnen niet worden geselecteerd via het paginaveld.

[Miniatuurweergave]

Klik op dit pictogram om de miniatuur van elke pagina in de kolom [Pagina] weer te geven.