U kunt opdrachten aan een operator toewijzen. Op deze manier kunt u het werk verdelen over verschillende operators. De lijst [Toewijzen aan] bevat standaard alle operators die door de systeembeheerder zijn bepaald.
Selecteer een opdracht.
Klik op de optie [Toewijzen aan] in de opdrachtgegevens.
Een vervolgkeuzelijst wordt weergegeven.
Selecteer een operator.
De opdracht is toegewezen aan de geselecteerde operator. Alleen de geselecteerde operator kan de opdracht weergeven en verwerken.
U kunt opdrachten toewijzen aan een aantal categorieën. De systeembeheerder bepaalt welke categorieën beschikbaar zijn voor u.
Selecteer een opdracht.
Klik op de optie [Categorie selecteren] in de opdrachtgegevens.
Een vervolgkeuzelijst wordt weergegeven.
Selecteer een [categorie].
De opdracht is toegewezen aan de geselecteerde categorie. U kunt de opdrachten filteren op basis van de toegewezen categorie.