De printerkoppen kunnen omhoog en omlaag in verticale richting boven de afdrukband worden verplaatst. De afdruktussenruimte is de afstand tussen de bovenzijde van het vel en de printkop. De printkophoogte is de afstand tussen de printkoppen en de afdrukband.
Printkophoogte en afdruktussenruimteVoor de optimale productiviteit en afdrukkwaliteit is de hoogte van de printkop standaard 1100 micrometer, onafhankelijk van de materiaaldikte. Dit betekent dat de werkelijke afdruktussenruimte licht verschilt in het geval van dunner of dikker materiaal.
De modi voor het afdrukken van materiaal hebben twee parameters voor afdruktussenruimte: de minimale afdruktussenruimte en de maximale afdruktussenruimte. Samen vormen ze het bereik van de afdruktussenruimte. Standaard is de minimale afdruktussenruimte 1000 micrometer en de maximale afdruktussenruimte 1400 micrometer. De standaarddikte van het materiaal is 100 micrometer, wat resulteert in een standaardhoogte van 1100 micrometer van de printkop. Voor het meeste materiaal is dit de optimale instelling.
Bij een groot aantal afwijzingen door de sentry, omdat de vellen niet plat genoeg zijn, kan de minimale afdruktussenruimte van een modus voor het afdrukken van materiaal worden verhoogd. Dit geldt ook voor de maximale afdruktussenruimte.
De printkophoogte wordt verhoogd. Dit kost niet veel tijd. Wanneer de printkophoogte regelmatig moet worden aangepast, kan dit leiden tot productiviteitsproblemen in de afdrukomgeving. Dit kan gebeuren wanneer u opdrachten met gemengd materiaal of opdrachten met gemengde materiaal in een keer afdrukt.
Een grotere afdruktussenruimte kan strepen op de afdrukken veroorzaken.