De kleurvalidatietests van varioPRINT iX-series en de test voor de nauwkeurigheid van het uitvoerprofiel bieden u een objectieve methode voor het evalueren van de reproductie van kleuren voor het materiaal en de modi voor materiaal afdrukken die u gebruikt. De afdrukomstandigheden ter referentie van de standaardtests voor kleurvalidatie, hun kwaliteitsniveaus en hun tolerantieniveaus zijn al gedefinieerd.
Met de vooraf gedefinieerde FOGRA- and IDEAlliance- kleurvalidatietests wordt de kleurreproductie van de printer geverifieerd op basis van certificeringen voor digitaal afdrukken. De daadwerkelijke kleurreproductie van de printer is afhankelijk van de fysieke media, de materiaaldefinitie, de definitie van de modus voor materiaal afdrukken, de CMYK-kalibratiecurves en het uitvoerprofiel. Als u de kleurreproductie van de printer wilt verifiëren op basis van uw eigen afdrukomstandigheden, kunt u aangepaste kleurvalidatietests maken.
Met de test voor de nauwkeurigheid van het uitvoerprofiel verifieert u hoe goed het uitvoerprofiel past bij de kleurreproductie op het doelmateriaal en de modus voor materiaal afdrukken.
Beschikbare vooraf gedefinieerde kleurvalidatietestsU kunt om verschillende redenen een kleurvalidatietest uitvoeren:
U wilt weten of de printer de kleuren op het geselecteerde materiaal en in de modus voor materiaal afdrukken kan afdrukken op basis van een afdruktoestand ter referentie.
U wilt weten of de printer gedurende een periode dezelfde kleuren kan afdrukken op het geselecteerde materiaal en in de geselecteerde modus voor materiaal afdrukken.
U wilt de kleurreproductie controleren op basis van: FOGRA Print Standard Digital Certification, FOGRA Validation Printing System Certification of Idealliance Digital Press Certification Program.
U wilt de kleurreproductie op het geselecteerde materiaal en in de geselecteerde modus voor materiaal afdrukken controleren op basis van uw eigen afdruktoestand ter referentie. Daarom maakt u uw eigen test en definieert u uw eigen afdruktoestand, kwaliteitsniveaus, tolerantieniveaus en meetgegevens.
U wilt controleren hoe goed het uitvoerprofiel past bij de kleurreproductie van het materiaal en de modus voor materiaal afdrukken.
De beschikbare, vooraf gedefinieerde standaardtests voor kleurvalidatie voldoen aan een van de volgende certificeringen voor digitaal afdrukken.
DPC: IDEAlliance Digital Press Certification
VPC: FOGRA Validation Printing System Certification
PSD: FOGRA Print Standard Digital Certification
Met de traditionele evaluatiemethode Naast elkaar wordt gecontroleerd of afgedrukte kleuren exact overeenkomen met de kleuren van de afdruktoestand ter referentie. Met de evaluatie Relatief ten opzichte van materiaal wordt er rekening mee gehouden dat de waarden voor papierwit van het afgedrukte materiaal en het referentiemateriaal kunnen afwijken. Daarom wordt voor de methode Relatief ten opzichte van materiaal een niet-lineair algoritme gebruikt ter compensatie van de verschillende witpunten. De evaluatiemethode SCCA (Substrate Corrected Color Aim), die wordt gebruikt door IDEAlliance-tests, is ook gebaseerd op de evaluatie Relatief ten opzichte van materiaal.
Met de kleurvalidatietest worden er doeldiagrammen afgedrukt voor de geselecteerde combinatie van materiaal en modus voor materiaal afdrukken. U kunt de doeldiagrammen meten als deze droog zijn. Welk type doeldiagram wordt afgedrukt, is afhankelijk van de definitie van de kleurvalidatietest of de profielnauwkeurigheidstest. De diagrammen moeten worden afgedrukt op het materiaal dat u evalueert.
Voor aangepaste kleurvalidatietests kunt u een van de volgende diagrammen selecteren.
PRISMAsync Media Wedge
IDEAlliance Control Wedge 2011
IDEAlliance Control Wedge 2013
PRISMAsync Japanese Color Wedge
PRISMAsync Media Wedge
De patches van de doeldiagrammen staan voor primaire kleuren, secundaire kleuren, grijswaarden en andere kleurencombinaties. De volgende patchnamen maken deel uit van de meetgegevens die onderdeel zijn van de tests.
|
Voorbeeld |
Omschrijving |
|---|---|
|
Een patch met samengestelde grijswaarden is een patch waarvoor geen zwarte inkt wordt gebruikt. In plaats daarvan worden geel, magenta en cyaan gebruikt om de kleuren donkerder te maken. Magenta en geel hebben dezelfde waarde. |
|
Een patch met RGB-overvulling is een patch waarbij gelijke hoeveelheden van twee inkten worden gebruikt: geel en magenta, geel en cyaan, cyaan en magenta. De inkten worden afgedrukt in één patch om rood, groen of blauw te produceren. |
|
Een patch met alleen zwart is een patch waarbij alleen met zwarte inkt wordt afgedrukt. |
|
De donkerste patch is de patch die overeenkomt met het geschatte zwartpunt. Het zwartpunt is de Lab-waarde met de laagste L*-waarde. |
|
Een effen patch is een patch die wordt afgedrukt met 100% cyaan, magenta, geel of zwart. |
Het verschil tussen twee kleuren of twee groepen kleuren kan worden uitgedrukt met een waarde voor het kleurverschil.
Elke testdefinitie omvat een vooraf gedefinieerde verzameling kleurkenmerken. Daarnaast bevat de testdefinitie voor alle meetgegevens een tolerantieniveau op basis waarvan wordt bepaald of afgedrukte kleurwaarden dicht genoeg bij hun referentiekleurwaarden liggen. Voordat de evaluatie wordt uitgevoerd, wordt een tolerantieniveau of drempelwaarde ingesteld. Een tolerantieniveau wordt ook uitgedrukt in een △(Delta)-waarde. Op basis van het testresultaat kan een kwaliteitsniveau worden bereikt.
Op het bedieningspaneel worden de belangrijkste resultaten weergegeven in het feedbackvenster en op de printer worden alle testdetails opgenomen in een CGATS-rapport.
Het volgende voorbeeld is niet gebaseerd op een realistische printer- en afdrukomgeving.
Voorbeeld: Feedbackvenster van een kleurvalidatietest