Loading

De logboekgegevens opslaan in het geval van softwarefouten

Inleiding

Wanneer zich een softwarefout voordoet op het systeem, kunt u de logboekgegevens opslaan. Deze logboekgegevens kunnen worden gebruikt om de fout te analyseren.

Procedure

  1. Op het bedieningspaneel wordt een foutscherm weergegeven om een softwarefout aan te duiden. Bij een softwarefout hoort een foutcode die met 115 begint. De logboekgegevens worden opgeslagen. Dit kan enkele minuten duren. Wanneer dit proces is voltooid, kunt u een USB-station in de USB-poort aan de linkerkant van het bedieningspaneel plaatsen.

    Als u de logboekgegevens van de softwarefout niet wilt opslaan, kunt u op het aanraakscherm drukken om de fout af te sluiten. Het systeem wordt opnieuw opgestart.

    Alleen voor niet-herstelbare softwarefouten kunnen de logboekgegevens worden opgeslagen.

  2. Druk op de knop voor het USB-stuurprogramma in het foutscherm.

    De logboekgegevens van de fout worden opgeslagen op het USB-station.

  3. Wanneer wordt aangegeven dat de gegevens zijn opgeslagen, verwijdert u het USB-station.
  4. Druk op het aanraakscherm om de fout af te sluiten. Het systeem wordt opnieuw opgestart.
    OPMERKING

    Wanneer zich twee identieke softwarefouten na elkaar voordoen, kunt u alle opdrachten verwijderen. Als een of meer opdrachten de softwarefout hebben veroorzaakt, wordt het systeem zonder fout opnieuw opgestart.

    OPMERKING

    Wanneer zich drie identieke softwarefouten na elkaar voordoen, wordt de software opnieuw geïnstalleerd zodra opnieuw wordt opgestart. Dit kan even duren.