De printers voor de toepassing beheren

Printerpictogrammen

Het dialoogvenster [Printerinstellingen] geeft u snel een overzicht van de beschikbare printers voor deze toepassing. De printers in het dialoogvenster [Printerinstellingen] zijn beschikbaar in de werkruimte [Productie] van de toepassing. Bepaalde printers kunnen niet worden gebruikt door deze toepassing:

• printers die worden gedeeld met een andere computer;

• Printers die afdrukken via de poort BESTAND:

Pictogram	Omschrijving
	De printer kan niet worden gebruikt door PRISMAprepare. De printer wordt niet ondersteund of is geconfigureerd als niet beschikbaar.
	De printer is beschikbaar en geconfigureerd voor PRISMAprepare.
	De printer is beschikbaar, maar niet geconfigureerd voor PRISMAprepare.
	De standaardprinter voor het afdrukken van een document in PRISMAprepare.
	De printer is beschikbaar op het lokale systeem. De printer is echter geconfigureerd voor een ander printermodel of een andere versie van de afdrukserver.

Een printer toevoegen die geen stuurprogramma nodig heeft

Deze printers worden weergegeven in de lijst met printermodellen. Deze printers worden aangestuurd door PRISMAsync Print Server, een Fiery-afdrukserver of een Canon PS-afdrukserver.

1. Klik op de knop [Toevoegen].

   Het venster 'Een printer toevoegen' wordt weergegeven.

2. Selecteer [Afdrukken zonder printerstuurprogramma].

3. Selecteer [Printermodel:] en [Versie afdrukserver:] van uw printer.

4. Klik op [Volgende].

5. Geef het IP-adres van de printer op.

6. Klik op [Installeren].

7. De verbinding met de printer wordt tot stand gebracht en de hardwareconfiguratie wordt opgehaald.

   Het dialoogvenster 'Instellingen voor <printernaam>' wordt weergegeven. In dit dialoogvenster kunt u de printer configureren.

8. De toegevoegde printer is niet automatisch beschikbaar in PRISMAprepare. U moet PRISMAprepare sluiten en vervolgens opnieuw openen om de printer in de toepassing te laden.

Een printer toevoegen die een printerstuurprogramma nodig heeft

U moet een printerstuurprogramma installeren om deze printers te kunnen gebruiken.

1. Klik op de knop [Toevoegen].

   Het venster 'Een printer toevoegen' wordt weergegeven.

2. Selecteer [Afdrukken met printerstuurprogramma].

3. Klik op [Volgende].

4. Volg de instructies in de wizard om een nieuwe printer te installeren.

5. De nieuwe printer is geïnstalleerd. Het dialoogvenster 'Instellingen voor <printernaam>' wordt weergegeven. In dit dialoogvenster kunt u de printer configureren.

6. De toegevoegde printer is niet automatisch beschikbaar in PRISMAprepare. U moet PRISMAprepare sluiten en vervolgens opnieuw openen om de printer in de toepassing te laden.