Het dashboard boven aan het bedieningspaneel en het waarschuwingslampje voor de operator waarschuwen u wanneer een tonercassette moet worden vervangen. De kleur van het pictogram geeft de status van een tonercassette aan. (Informatie over de printerstatus)
|
Tonercassette bevat voldoende toner. |
|
Tonercassette is voor minder dan 25% gevuld met toner. |
|
Tonercassette is leeg. |
U kunt de huidige status van de tonercassette op het bedieningspaneel controleren. Locatie:
.Tonercassettes zijn verkrijgbaar voor vier kleuren: zwart, cyaan, magenta en geel. Wanneer een tonercartridge leeg raakt tijdens een opdracht, wordt het afdrukken hervat nadat u de tonercartridge hebt vervangen. U vindt de tonercartridges in de afdrukmodule.
Verbrand gebruikte tonercartridges niet en gooi ze niet in open vuur. De toner kan in brand raken en zo brandwonden of brand veroorzaken.
Sla tonercassettes niet op plaatsen op waar ze worden blootgesteld aan open vuur. De toner kan in brand raken en zo brandwonden en brand veroorzaken.
Wanneer er toner wordt gemorst, gebruikt u een vochtige, zachte doek om de gemorste toner voorzichtig te verwijderen. Voorkom dat u tonerstof inademt. Gebruik geen stofzuiger om tonerexplosies als gevolg van statische ontlading te voorkomen.
Bewaar toner buiten bereik van kleine kinderen.
Als toner is ingeslikt, neem dan direct contact op met een arts.
Als er toner op uw handen of kleding terechtkomt, was deze dan direct af met koud water. Met warm water trekt de toner in. Het is dan onmogelijk om de tonervlekken te verwijderen.
Zie Verbruiksartikelen voor informatie over originele Canon-toner.
Let op dat u geen namaaktoner gebruikt.
Houd er rekening mee dat er nagemaakte Canon-toner in omloop is . Het gebruik van namaaktoner kan leiden tot een slechte afdrukkwaliteit of slecht functioneren van de printer. Canon is niet aansprakelijk voor storingen, ongevallen of schade door het gebruik van namaaktoner. Raadpleeg http://www.canon.com/counterfeit voor meer informatie.
Roteer de tonercartridge niet. Hierdoor kan de tonercartridge gaan lekken.
Vervang tonercartridges pas als er een bericht wordt weergegeven dat u een tonercartridge moet vervangen.
U kunt een tonercartridge vervangen terwijl de printer bezig is.
De kleur van de tonercartridge die moet worden vervangen, wordt weergegeven op het bedieningspaneel. Als er meerdere tonercartridges moeten worden vervangen, vervang deze dan in de volgende volgorde: zwart, geel, magenta, cyaan.
Wacht met het vervangen van kleurentonercartridges wanneer u wilt doorgaan met kopiëren of afdrukken in zwart-wit. Vervang de kleurencassette als de opdrachten gereed zijn.
Wanneer een kleurencassette leeg raakt, onderbreekt de printer de opdracht en kunt u niet doorgaan met het kopiëren of afdrukken in kleur en zwart-wit. U kunt de onderbroken opdracht echter wel annuleren en doorgaan met kopiëren of afdrukken in zwart-wit.
Raak nooit het uiteinde van de tonercartridge aan, sla niet op de cartridge en schud deze niet. Hierdoor kan een tonercartridge gaan lekken.
Bewaar tonercartridges op een koele plaats, uit de buurt van direct zonlicht. De aanbevolen bewaaromstandigheden zijn temperaturen lager dan 30°C en een vochtigheidsgraad van minder dan 80%.
De volgorde van de tonercartridge is van links naar rechts: geel, magenta, cyaan en zwart.
Actie |
||
---|---|---|
1 |
Pak beide zijden van de klep van het tonerreservoir vast en open de klep. |
|
2 |
Ga naar het bedieningspaneel en druk op . |
|
3 |
Druk op een van de openingsknoppen in het deelvenster [Voorraden] om de klep te openen van de tonercartridge die u wilt vervangen. |
|
4 |
Trek de lege tonercassette naar buiten. WAARSCHUWING
Verbrand gebruikte tonercartridges niet en gooi ze niet in open vuur. De toner in de cassette kan in brand raken en zo brandwonden of brand veroorzaken. |
|
5 |
Haal de nieuwe tonercassette uit de verpakking. BELANGRIJK
Controleer of de kleur van de tonercassette overeenkomt met de kleur van het etiket op de binnenste klep. |
|
6 |
Kantel de nieuwe tonercassette voorzichtig 10 keer omhoog en omlaag. |
|
7 |
Schroef de rode beschermkap los. |
|
6 |
Duw de nieuwe tonercassette zo ver mogelijk naar binnen. |
|
7 |
Sluit de interne klep. VOORZICHTIG
Zorg er bij het sluiten van de binnenste klep voor dat uw vingers niet bekneld raken. Dit kan leiden tot persoonlijk letsel. |
|
8 |
Sluit de klep van het tonercompartiment. VOORZICHTIG
Zorg er bij het sluiten van de klep van de tonercompartiment voor dat uw vingers niet bekneld raken. Dit kan leiden tot persoonlijk letsel. |
Na het vervangen van een kleurencassette kan een kleurverschil in de uitvoer optreden. Voer dan de procedure voor automatische aanpassing van gradaties uit. (De printer kalibreren)