Loading

Interfaces voor toegang tot de printer

U kunt de imagePRESS V1350 op verschillende manieren gebruiken. U hebt de bediening van de imagePRESS V1350 snel onder de knie, of u de printer nu via het bedieningspaneel of extern via PRISMAremote Manager / PRISMAsync Remote Manager Classic gebruikt. Alle interfaces hebben hetzelfde ontwerp en uiterlijk.

U kunt opdrachten verzenden met PRISMAsync Remote Printer Driver, PRISMAremote Manager / PRISMAsync Remote Manager Classic, PRISMAprepare, PRISMAproduction, UPD printer driver of Mac driver.

U bewerkt of plant opdrachten op het bedieningspaneel of met PRISMAsync Remote Manager. Op het bedieningspaneel en in PRISMAremote Manager / PRISMAsync Remote Manager Classic en PRISMAremote Monitoring worden aanstaande handelingen en berichten weergegeven. Zo wordt u geïnformeerd over alle aanstaande en actuele taken.

U configureert de imagePRESS V1350 via het webprogramma, Settings Editor en het bedieningspaneel.

In dit onderwerp worden de volgende interfaces beschreven:

  • Bedieningspaneel

  • PRISMAsync Remote Printer Driver

  • Settings Editor

  • PRISMAremote Manager / PRISMAsync Remote Manager Classic

  • PRISMAremote Monitoring

Hieronder vindt u een inleiding over het gebruik van de imagePRESS V1350 via het externe printerstuurprogramma, het bedieningspaneel, PRISMAremote Manager / PRISMAsync Remote Manager Classic, PRISMAremote Monitoring en Settings Editor, het online configuratieprogramma.

Bedieningspaneel

Het bedieningspaneel is het lokale punt voor het bedienen van de printer en het domein van de operator en de onderhoudsoperator.

In veel instructies in deze bedieningshandleiding worden taken voor opdrachtbewerking en -beheer vanaf het bedieningspaneel uitgelegd.

Bedieningspaneel

In de onderstaande tabel worden de belangrijkste gedeelten van het bedieningspaneel en hun functies beschreven.

Component

Functie

1

Slaapstandknop

Hiermee wordt het systeem in de slaapmodus gezet of geactiveerd.

2

Stopknop

Hiermee wordt het afdrukproces gestopt na een set of zo snel als mogelijk.

3

Papierladeknop

Hiermee krijgt u direct toegang tot het gedeelte [Laden] op het bedieningspaneel om het volgende te doen (bijvoorbeeld):

  • De inhoud van alle papierladen controleren.

  • Een nieuw materiaaltype in de papierlade laden.

  • Het materiaaltype veranderen dat in een van de papierladen beschikbaar is.

4

USB-poort

Gebruik de USB-poort om af te drukken vanaf een USB-station of om de i1Pro3-spectrofotometer aan te sluiten.

5

De knop [Planbord]

Voor het openen van de [Planbord] -weergave om de opdrachten op het planbord te beheren.

6

De knop [Opdrachten]

Voor het beheren en afdrukken van de opdrachten in de lijsten van [Wachtende opdrachten], [Geplande opdrachten] en [Afgedr. opdr.] of in een DocBox (optioneel).

7

De knop [Laden]

Voor het openen van het gedeelte [Laden] op het bedieningspaneel om het volgende te doen (bijvoorbeeld):

  • De inhoud van alle papierladen controleren.

  • Een nieuw materiaaltype in de papierlade te laden.

  • Het materiaaltype veranderen dat in een van de papierladen beschikbaar is.

8

De knop [Systeem]

Voor het openen van het [Systeem] -gedeelte om het volgende te doen (bijvoorbeeld):

  • De status van de toner, nietjes en andere benodigdheden controleren.

  • Informatie van de afwerkingseenheden ophalen.

  • Tellers aflezen.

  • Onderhoud starten.

  • De voorkeursworkflows instellen.

  • Een aantal standaardsysteeminstellingen wijzigen zoals de taal.

  • De helderheid en het contrast van het LCD-paneel aanpassen.

  • De printer uitschakelen.

  • De inhoud van de materiaalcatalogus bekijken of (tijdelijk) materiaal aan de materiaalcatalogus toevoegen.

9

Gebruikersnaam

De gebruikersnaam van de gebruiker die momenteel is aangemeld. U gebruikt deze knop als u zich als een andere gebruiker wilt aanmelden, zich wilt afmelden of uw wachtwoord wilt wijzigen.

10

Dashboard

Het dashboard geeft informatie weer over de systeemstatus zoals:

  • Informatie over het huidige afdrukproces.

  • Informatie over tussenkomst van de operator die binnenkort is vereist.

  • Informatie over fouten.

  • Informatie over de status van tonerreservoirs en nietpatronen.

11

Status-LED

De status-LED geeft de status van het systeem weer:

  • Rode LED

    Het apparaat is gestopt, omdat bijvoorbeeld een vereiste materiaalsoort niet beschikbaar is of omdat er een fout is opgetreden. Tussenkomst van de operator is nu vereist.

  • Oranje LED

    Het apparaat stopt binnen korte tijd, omdat bijvoorbeeld meer papier nodig is. Tussenkomst van de operator is spoedig vereist.

    Het oranje lampje gaat branden wanneer het apparaat de waarschuwingstijd bereikt. De waarschuwingstijd is een tijd die u kunt instellen om aan te geven wanneer het oranje lampje moet gaan branden. U kunt de waarschuwingstijd in het venster [Systeem] op het bedieningspaneel instellen.

  • Groene LED

    Het apparaat is bezig met afdrukken. Het apparaat kan langer afdrukken dan de ingestelde waarschuwingstijd. Er is geen tussenkomst van de operator vereist.

  • LED uit

    Het apparaat is niet actief. Er zijn geen afdrukopdrachten en er is geen aandacht van de operator vereist.

PRISMAsync Remote Printer Driver

Het printerstuurprogramma is het externe punt om een afdrukopdracht voor te bereiden vanuit een desktoptoepassing, zoals Microsoft Office en Adobe Acrobat. De opdrachteigenschappen in het printerstuurprogramma komen overeen met die op het bedieningspaneel en in PRISMAsync Remote Manager. Een opdracht die met het printerstuurprogramma wordt verzonden, kan gemakkelijk worden gewijzigd wanneer de opdracht wordt weergegeven in de wachtrij op het bedieningspaneel of in PRISMAremote Manager / PRISMAsync Remote Manager Classic.

In de illustratie en tabel hieronder, ziet u de voornaamste onderdelen van de printerdriver. Gebruik de online-Help van het printerstuurprogramma als u meer informatie nodig hebt.

PRISMAsync Remote Printer Driver

Beschrijving bedieningspaneel

1

Printerstatus en beschikbaar materiaal

2

Algemene opdrachtinstellingen

3

4

5

6

7

Lay-outinstellingen

8

Instellingen voor kleur- en afdrukkwaliteit

9

Afwerkinstellingen

10

Opdrachtproductie-instellingen

11

Opdrachtsjablonen

Settings Editor

U configureert de printer in Settings Editor. Settings Editor gebruikt dezelfde taal als de webbrowser.

Settings Editor

In de onderstaande tabel worden de belangrijkste onderdelen van Settings Editor beschreven.

Omschrijving

1

De instellingen zijn onderverdeeld in hoofd- en subtabbladen.

2

Gebruik het zoekvak om snel een instelling te vinden.

3

Gebruik de koppeling om PRISMAremote Manager / PRISMAsync Remote Manager Classic te starten.

4

Klik op de gebruikersnaam om u aan te melden bij Settings Editor, om u af te melden of om het wachtwoord te wijzigen.

Met een rood uitroepteken wordt aangegeven dat een standaardwachtwoord wordt gebruikt. U wordt aangeraden standaardwachtwoorden te wijzigen.

Voor een instelling kan met een pictogram meer informatie over het gebruik worden weergegeven. In de onderstaande tabel worden de pictogrammen beschreven.

Instelling is bewerkbaar

Instelling is niet bewerkbaar

Instelling is ook beschikbaar op het bedieningspaneel

Instelling kan met referenties van de key-operator of systeembeheerder worden gewijzigd

PRISMAremote Manager / PRISMAsync Remote Manager Classic

PRISMAremote Manager / PRISMAsync Remote Manager Classic is een console voor het plannen en extern beheren van meerdere PRISMAsync Print Server-printers.

Met dit webprogramma kunnen centrale operators hun afdrukproductie beheren en inzicht bieden in de productieplanningen.

Er zijn twee versies van het hulpmiddel. Het belangrijkste verschil tussen de versies is dat de PRISMAremote Manager een volledig aanpasbare gebruikersinterface heeft.

Met PRISMAremote Manager / PRISMAsync Remote Manager Classic kan de gebruiker vanaf een externe locatie of een extern werkstation opdrachten uploaden, opdrachteigenschappen bewerken en afdrukwachtrijen wijzigen. Opdrachten kunnen gemakkelijk opnieuw worden gepland of verplaatst, of worden gewijzigd voordat ze worden afgedrukt.

U kunt het hulpmiddel starten vanuit Settings Editor.

Remote Manager starten

Gebruik de Help-functie of gebruikershandleiding van PRISMAremote Manager / PRISMAsync Remote Manager Classic voor meer informatie.

Gebruikersinterface van PRISMAremote Manager

Omschrijving

1

Een planbord dat u kunt gebruiken om:

  • de printers van het cluster, hun status en activiteit weer te geven;

  • verwachte en directe acties te controleren;

  • de opdrachtstatus te lezen;

  • de opdrachtinstellingen te lezen of te wijzigen op het planbord.

2

Een lijst met geplande opdrachten op een printer

De werkbalk bevat een aantal knoppen voor het bewerken, verwijderen, verplaatsen, toepassen van geautomatiseerde workflow en afdrukopdrachten.

3

Verzending van nieuwe afdrukopdrachten

PRISMAremote Monitoring

Met de app PRISMAremote Monitoring blijft de centrale operator op de hoogte van de afdrukproductie. Zelfs op afstand.

U ontvangt waarschuwingen wanneer er iets moet worden gedaan, bijvoorbeeld materiaal plaatsen of verbruiksartikelen toevoegen. En wanneer zich een probleem voordoet op de printer, kunt u ook worden gevraagd om direct in actie te komen.

In de onderstaande tabel worden drie schermen van PRISMAremote Monitoring weergegeven.

Schermen met de status en gebeurtenissen op de smartphone

Raadpleeg de beknopte referentiehandleiding van PRISMAremote Monitoring voor meer informatie.