Het veiligheidsbeleid voorkomt dat PRISMAproduce Tech verbinding maakt met de printer.
Welke poort moet geopend worden om communicatie tussen PRISMAproduce Tech en de printercontroller mogelijk te maken?
PRISMAproduce Tech is in de volgende gevallen mogelijk niet in staat verbinding met de printercontroller te maken:
Een firewall op het werkstation is zo geconfigureerd dat verbinding met het intranet voorkomen wordt.
Een firewall in het netwerk is zo geconfigureerd dat verbinding met het intranet via HTTP-poort 80 voorkomen wordt.
Er bevindt zich een proxy tussen het werkstation en de printercontroller.
Als HTTPS-communicatie met de printer vereist is en de juiste certificaten op de printer zijn geïnstalleerd en PRISMAproduce Tech geen verbinding kan maken met de printer, is de toegang via poort 443 mogelijk geblokkeerd of is het root-certificaat niet geïnstalleerd op het client-werkstation.
Om verbinding met de printercontroller te kunnen maken, moet voor PRISMAproduce Tech alleen de uitgaande HTTP-poort 80 op het werkstation geopend worden.
Zorg dat er geen proxyserver is die de communicatie blokkeert tussen het werkstation die fungeert als host voor PRISMAproduce Tech en de printercontroller.
OPMERKING
Voor meer gedetailleerde beveiligingsinformatie over het gebruik van PRISMAproduce Tech met uw printer, raadpleegt u plotWAVE-colorWAVE Systems Security - Administration guide, beschikbaar op de download-website, https://downloads.cpp.canon.
PRISMAproduce Tech kan HTTPS gebruiken met printers die HTTPS ondersteunen en waarvoor een CA-certificaat op de printer is geïnstalleerd.
Het root-certificaat moet ook worden geïnstalleerd op het werkstation waarop PRISMAproduce Techdraait.
Poort 443 zal worden gebruikt.
Om verbinding met een imagePROGRAF-printer te kunnen maken, vereist PRISMAproduce Tech dat de uitgaande CPCA-poort 47545 in UDP-modus op het werkstation geopend wordt.
Om te kunnen naar een imagePROGRAF-printer, vereist PRISMAproduce Tech dat de uitgaande RAW-poort 9100 of LPR-poort 515 (afhankelijk van de poort die geselecteerd was tijdens de installatie van de Canon-driver) in TCP-modus op het werkstation geopend worden.