Loading

De standaard instellingen voor printopdrachten instellen

U kunt de standaard waarden voor de printopdrachtinstellingen configureren in Océ Express WebTools.

De printopdrachtinstellingen worden gegroepeerd op het tabblad [Voorkeuren] - [Standaard instellingen afdrukopdracht]. Hieronder vindt u een korte uitleg over de belangrijkste standaard instellingen voor printopdrachten. Onder de standaard instellingen voor printopdrachten kunt u ook de voorinstellingen voor printopdrachten opgeven die zichtbaar zijn op het gebruikerspaneel. Voor meer informatie over voorinstellingen voor printopdrachten raadpleegt u Standaard voorinstelling printopdrachten instellen.

OPMERKING

Als u instellingen voor printopdrachten opgeeft in de printerdrivers of de opdrachtverzenders, hebben deze waarden altijd voorrang boven de standaard waarden die zijn gedefinieerd in Océ Express WebTools.

Overzicht van de [Standaard instellingen afdrukopdracht] - [Algemeen] instellingen

Open het tabblad [Voorkeuren] - [Standaard instellingen afdrukopdracht]. Klik op [Algemeen] en klik in de rechterbovenhoek van dit gedeelte op Bewerken.

Instelling

Beschrijving

[Aantal sets]

Voer de standaard waarde in voor het aantal keren dat u wilt dat de opdracht wordt geprint.

[Verzamelen]

  • Selecteer [Aan (sorteren per set)] als de uitvoer per set gesorteerd moet worden (123 - 123).

  • Selecteer [Uit (sorteren per pagina)] als de uitvoer per pagina gesorteerd moet worden (11 - 22 - 33).

[Afdrukuitvoer]

  • Selecteer [Bovenste opvangrek] om de uitvoer af te leveren in het bovenste opvangrek.

  • Selecteer [Uitvoer achter] om de uitvoer af te leveren aan de achterzijde van de printer. Kies deze optie ook als u het optionele opvangrek of een vouweenheid wilt gebruiken.

[Kleurmodus]

  • Selecteer [Kleur] om standaard te printen in kleur.

  • Selecteer [Grijstinten] om standaard te printen in grijstinten.

Overzicht van de [Standaard instellingen afdrukopdracht] - [Vel] instellingen

Open het tabblad [Voorkeuren] - [Standaard instellingen afdrukopdracht]. Klik op [Vel] en klik in de rechterbovenhoek van dit gedeelte op Bewerken.

Instelling

Beschrijving

[Materiaalbron]

Selecteer het standaard uitvoermateriaal en het formaat voor de media die op de printer gebruikt worden.

  • Selecteer [Automatisch] om de media automatisch te selecteren.

  • Selecteer het specifieke rolnummer van de media die u standaard wilt gebruiken.

Op het systeemscherm van het gebruikerspaneel van de printer worden de geladen rollen weergegeven.

OPMERKING

U kunt de instelling Materiaalselectiebeleid alleen selecteren als Materiaalbron is ingesteld op [Automatisch].

[Materiaalselectiebeleid]

  • Selecteer [Automatisch eerste grotere] om het de printer mogelijk te maken een materiaalrol te gebruiken die groter is dan het formaat van de afdruk, wanneer het exacte formaat niet beschikbaar is.

  • Selecteer [Automatisch exact] als u wilt dat de printer uitsluitend een materiaalrol gebruikt met exact hetzelfde mediaformaat als de afdruk. Als de materiaalrol met het exacte mediaformaat niet beschikbaar is, wordt u gevraagd materiaal in te voeren.

[Snijmethode]

  • Selecteer [Standaard] om de print naar een standaard materiaalformaat te snijden (DIN, ANSI, enz.).

  • Selecteer [Synchroon] om de print aan het einde van het beeld af te snijden.

  • Selecteer [Aangepast] (numeriek) om de print op een specifieke lengte af te snijden.

[Aangepaste printlengte]

Geef de snijlengte van uw printopdracht op.

[Voorrand toevoegen]

Als u een waarde invoert, voegt de printer een blanco strook van de opgegeven lengte toe aan de bovenzijde van de uitvoer.

[Achterrand toevoegen]

Als u een waarde invoert, voegt de printer een blanco strook van de opgegeven lengte toe aan de onderzijde van de uitvoer.

Overzicht van de [Standaard instellingen afdrukopdracht] - [Lay-out] instellingen

Open het tabblad [Voorkeuren] - [Standaard instellingen afdrukopdracht]. Klik op [Lay-out] en klik in de rechterbovenhoek van dit gedeelte op Bewerken.

Instelling

Beschrijving

[Schalen]

  • Selecteer [Automatisch aanpassen aan materiaalformaat] om het beeld te schalen naar het materiaal.

  • Selecteer [Automatisch verkleinen als beeld groter is dan materiaal] om omlaag te schalen naar één formaat kleiner dan het origineel.

  • Selecteer [Aangepaste schaalwaarde] om uw eigen schaalpercentage op te geven, waarbij 100% staat voor een ongewijzigde schaal.

[Spiegelen]

Selecteer [Aan] als het beeld moet worden gespiegeld langs de verticale as (de transportrichting van het materiaal).

[Rotatie]

Selecteer een optie om het beeld tegen de klok in te roteren.

Als u sneller wilt printen, selecteert u [Lange rand eerst]. Bij minder materiaaltransport kunt u sneller printen.

Selecteer [Automatische materiaalbesparing] om het materiaal op de meest efficiënte manier te gebruiken.

Zie De rotatiemodus instellen voor meer informatie.

[Uitlijning]

Kies een van de opties om aan te geven waar het beeld op het materiaal moet worden uitgelijnd.

Zie De uitlijningsmodus instellen voor meer informatie.

[Horizontaal schuiven]

Geef aan hoeveel het beeld horizontaal moet worden verschoven bij de geselecteerde optie voor uitlijning.

[Verticaal schuiven]

Geef aan hoeveel het beeld verticaal moet worden verschoven bij de geselecteerde optie voor uitlijning.

Overzicht van de [Standaard instellingen afdrukopdracht] - [Beeld] instellingen

Open het tabblad [Voorkeuren] - [Standaard instellingen afdrukopdracht]. Klik op [Beeld] en klik in de rechterbovenhoek van dit gedeelte op Bewerken.

Instelling

Beschrijving

[Afdrukkwaliteit]

Selecteer [Océ Print Assistant] (OPA) om automatisch de beste afdrukkwaliteit te selecteren op basis van de inhoud van het bestand, of kies zelf handmatig een afdrukkwaliteit.

De keuze van de afdrukkwaliteit is van invloed op de snelheid van de opdracht en de tonerdekking.

Zie Afdrukkwaliteit instellen voor meer informatie.