U kunt de materiaalinstellingen van een materiaalprofiel wijzigen in de RIP.
U kunt de materiaalinstellingen alleen wijzigen wanneer u een bestaand materiaalprofiel aanpast. U wordt geadviseerd de materiaalprofielen van de Océ Colorado 1640 te gebruiken en de materiaalinstellingen niet te wijzigen. Het bewerken van materiaalprofielen en het wijzigen van materiaalinstellingen, moet uitsluitend worden gedaan door ervaren gebruikers.
De locatie van de materiaalinstellingen kan verschillen afhankelijk van de RIP die u gebruikt. Voor meer informatie raadpleegt u Materiaalprofielen beheren in Onyx, Materiaalprofielen beheren in Caldera.
[Media setting ] |
Beschrijving |
---|---|
[Automatic advance correction] |
Print gele markeringen op het materiaal die door de printer gelezen kunnen worden, voor de optimalisatie van de nauwkeurigheid van de materiaalstap. Selecteer [normal] of [enhanced] om de gele markeringen te printen. Selecteer [none] als u geen gele markeringen wilt printen. Het gebruik van markeringen heeft gevolgen voor de breedte van de print: [none] voegt geen breedte toe maar maakt gebruik van de standaardmarge van 5,3 mm, [normal] (marge van 11 mm), [enhanced] (marge van 20 mm). ![]() Deze instelling is ingeschakeld voor de afdrukmodi [High quality ] , [Specialty] , [Backlit] en [Reliance] . |
[Vacuum power] |
Regelt de aanzuiging van het materiaal op de plaat. Voor elk van de beschikbare vijf zones kunt u de aanzuiging wijzigen (bijv. vergroten in het geval van buiging van het materiaal). |
[Tight winding] |
Regelt de wikkeling. Voor printen zonder wikkelen of wikkelen zonder drukbalk, selecteert u [no tension bar] . Voor bepaalde materiaalsoorten is het nodig om het materiaal te wikkelen met een drukbalk voor een soepele werking. Selecteer [tension bar] voor slap materiaal dat snel verbuigt maar niet te stijf is. Selecteer [locked tension bar] voor materiaal dat erg stijf is. Afhankelijk van de selectie die hier wordt gemaakt, geeft het bedieningspaneel een verzoek weer voor het vasttapen van materiaal, vergrendeling, of het plaatsen van een drukbalk. |
[Automatic media jogging ] |
Regelt de automatische materiaalvooruitgang. Schakel automatische materiaalvooruitgang in om beschadigingen van het materiaal door knijpwielen te voorkomen. Dit geldt met name voor gevoelig materiaal. |
[Carriage elevation ] |
Regelt de hoogte van de wagen. U wordt geadviseerd de optie [automatic] te selecteren. Dit geeft de beste printkwaliteit. Selecteer de optie [highest] alleen als u experimenteert met nieuwe materialen die de wagen kunnen raken. |
[Manual loading] |
Voor toekomstig gebruik - regelt de invoer van media. Wanneer u nieuw materiaal laadt, wordt het materiaal automatisch in de printer ingevoerd en getransporteerd. Schakel deze instelling in om materiaal handmatig in te voeren en te transporteren. |
[Suitable for printer cutter ] |
Regelt het gebruik van het printermes. Schakel het gebruik van het automatische mes uit als dit niet geschikt is voor de materiaalsoort (denk aan textiel, canvas of zware banners). Als deze optie is uitgeschakeld, vraagt de printer de operator het materiaal handmatig te snijden. |
[Outer core diameter ] |
Voer de diameter van de buitenkern van de materiaalrol in in millimeters. Met deze informatie en de [Media thickness ] kan de printer de resterende materiaallengte berekenen. |
[Media thickness ] |
Voer de dikte van het materiaal in. Met deze informatie en de [Outer core diameter ] kan de printer de resterende materiaallengte berekenen. Bovendien moet de materiaaldikte correct worden ingesteld om kalibratie van de printkopwagen uit te voeren. |
[Moist protection] |
Regelt hoe lang de printer wacht met het vooruit spoelen van het materiaal, waarbij 1 staat voor de langste tijd en 5 voor de kortste tijd. Met het vooruit spoelen van het materiaal wordt het deel van het materiaal dat zich op de plaats heeft bevonden (en mogelijk door vocht of damp is beïnvloed) niet gebruikt om op af te drukken. De vochtbeveiliging wordt uitgeschakeld als de waarde op 0 wordt ingesteld. |
Wijziging van de volgende uithardingsinstellingen kan tot onvoldoende uitharding van de uv-inktlaag leiden. Als u de instellingen hebt veranderd, moet u voor de Océ Colorado 1640 goedgekeurde nitrielhandschoenen dragen wanneer u de geprinte uitvoer voor de eerste keer aanraakt, om mogelijk contact met niet-uitgeharde inkt te voorkomen.
Wijziging van de volgende uithardingsinstellingen kan tot onvoldoende uitharding van de uv-inktlaag leiden. Met name in combinatie met de instelling [Moist protection] bestaat er een risico dat de printer verontreinigd raakt. Als de machine verontreinigd raakt, moet u ervoor zorgen dat deze wordt schoongemaakt of moet u contact opnemen met uw servicemedewerker.
Materiaalinstellingen |
Beschrijving |
---|---|
[Printer platen temperature] |
Regelt de temperatuur van de plaat. U kunt de temperatuur verlagen of verhogen om de zichtbaarheid van artefacten aan de randen te verminderen of om de inkhechting te verbeteren. In het geval van glansranden, die niet kunnen worden verholpen via de instelling 'Vermogen vooruitharding', optimaliseert u de temperatuur van de printplaat. |
[Precure power ] |
Regelt de uithardingsintensiteit van de led voor het eerste deel van de uithardingszone. De standaardwaarde is 0. U kunt dit afstellen door de instelling te verlagen of verhogen om glansranden te minimaliseren (met name in donkere gebieden). De led wordt uitgeschakeld als de waarde op -5 wordt gezet. ![]() Wijziging van de instellingen kan tot onvoldoende uitharding van de uv-inktlaag leiden. |
[Throughcure/Postcure power ] |
Regelt de uithardingsintensiteit van de led voor het volgende deel van de uithardingszone. De standaardwaarde is 0. Verhoog de waarde als u vlekken of onvolledig uitgeharde inkt wilt voorkomen. Verlaag de waarde als u de aanwezigheid van een witte gloed op donkere gebieden tot een minimum wilt beperken. Verlaag de waarde als u verhitting van het materiaal wilt beperken. De led kan niet worden uitgeschakeld. ![]() Wijziging van de instellingen kan tot onvoldoende uitharding van de uv-inktlaag leiden. |
[Advance correction] |
Regelt de gemiddelde stapgrootte voor het geselecteerde materiaal en de geselecteerde afdrukmodus. Verander deze instelling alleen als de materiaalkalibratie en [Automatic advance correction] onvoldoende helpen om de printkwaliteit te verbeteren. Verlaag de waarde (kleinere stap) als u lichte lijnen tot een minimum wilt beperken. Verhoog de waarde (grotere stap) als u donkere lijnen tot een minimum wilt beperken. Als er sprake is van zowel lichte als donkere lijnen, kunt u dat niet oplossen met deze instelling. |