Loading

Nozzles herstellen door handmatige reiniging

Inleiding

Als herstel van een nozzle of groep nozzles via de standaard AMS-werkwijze niet mogelijk blijkt, kunt u proberen de nozzle handmatig af te nemen.

Benodigdheden

  • Reinigingsstaafje (3010118211)

  • Spoelmiddel (3010106646 Flush UV 1 liter) of isopropylalcohol (99%)

OPMERKING

Tip: Om foutieve nozzles gemakkelijker op te sporen verwijdert u de testprint van de vacuümtafel en plaatst u deze op de vloer onder de wagen in het onderhoudsgebied. Zorg dat u de juiste richting aanhoudt zodat de kleuren corresponderen. Op de print ziet u een weergave van de spuitprestaties van elke printkop. Hiermee kunt u gemakkelijker een problematische nozzle of groep nozzles lokaliseren.

Procedure

  1. Open de lade van het onderhoudsstation.
  2. Druk op de knop Wagen omhoog.
  3. Doop het reinigingsstaafje in een kleine houder met spoelmiddel.
  4. Eventueel overtollig spoelmiddel kan aan de rand van de houder worden afgeveegd.
    BELANGRIJK

    Houd de reinigingsstaafjes schoon voor gebruik. Dompel het reinigingsstaafje na gebruik niet opnieuw in het spoelmiddel.

    Zorg dat de naad in het schuimrubber niet in aanraking komt met de onderkant van de printkop. Dit kan tot schade aan de printkop leiden. Zie de volgende afbeelding.

    Richting van het reinigingsstaafje
  5. Plaats het reinigingsstaafje aan één kant van de printkop zoals op de volgende afbeelding.
  6. Veeg het staafje langzaam van de ene naar de andere kant van de dubbele printkop. Houdt het doordrenkte reinigingsstaafje gedurende 10 seconden tegen het gebied van de printkop waarvan de nozzles herstel nodig hebben.
  7. Draai het reinigingsstaafje 180 graden en herhaal stap 6 voor dezelfde printkop.
  8. Gebruik het schone uiteinde van hetzelfde reinigingsstaafje om rondom de openingen van de printkop te reinigen.
  9. Veeg het reinigingsstaafje langs de hele rand van de opening. Zie het met witte pijlen aangegeven pad in de volgende afbeelding.

    Zorg met name dat u de inkt verwijdert uit de opening tussen de metalen platen van de printkop en de bodemplaat van de wagen.

  10. Gooi het reinigingsstaafje weg. Voor het schoonmaken van de volgende printkop moet een nieuw staafje worden gebruikt.
    BELANGRIJK

    Gebruik in geen geval hetzelfde reinigingsstaafje voor twee verschillende kleurkanalen.

    "Schrob" de printkop nooit schoon met een wattenstaafje, aangezien hierdoor vuil in andere nozzles terechtkomt.

  11. Voltooi de procedure tot alle printkoppen gereinigd zijn.
  12. Voer een AMS uit voor het kleurkaneel of de kleurkanalen die zijn gereinigd.

    Dit is belangrijk om eventueel spoelmiddel en andere resten van de printkop te verwijderen voordat een nieuwe testprint wordt gemaakt.

  13. Print de Testprint nozzlecontrole en beoordeel het resultaat. Herhaal het reinigingsproces indien nodig.
  14. Sluit de lade van het onderhoudsstation.