Loading

Een opdracht wijzigen

De opdrachtbon wijzigen

U kunt de bonitems op zowel order- als op opdrachtniveau bewerken.

  1. Als u de opdrachtbon wilt weergeven of bewerken, moet u eerst [Opdrachtweergave] en vervolgens een opdracht selecteren. U kunt ook [Orderweergave] en vervolgens een order selecteren. De lijst met bij de order behorende opdrachten en de orderbonitems wordt beschikbaar. Als u op een opdracht klikt, worden de bonitems op opdrachtniveau en de opdrachtbestanden beschikbaar.

  2. Wijzig de bonitems van de order. Een klant heeft bijvoorbeeld voor aantal '[Aantal] 4' ingevoerd, maar het aantal kopieën moet 7 zijn. U kunt dan het [Aantal] -item aanpassen en de opdracht volgens de nieuwe waarde verwerken.

  3. U kunt één materiaal per opdracht selecteren. Een opdracht kan niet meerdere materialen bevatten. Als PRISMAprepare is geïnstalleerd, kunt u de opdracht echter selecteren en op [Paginaprogrammering] klikken. In PRISMAprepare kunt u meerdere materialen toewijzen aan de opdracht. Vervolgens kunt u een printer selecteren en de opdracht afdrukken in PRISMAprepare.

  4. Klik naast het venster waarin de bonitems worden weergegeven om uw wijzigingen op te slaan.

Een bestand aan een opdracht toevoegen

De systeembeheerder bepaalt of u de bestanden van een opdracht namens de klant kunt wijzigen. Zie de optie [De operator toestaan de bestanden van opdrachten te wijzigen] in de werkruimte [Configuratie].

  1. Selecteer de opdracht die u wilt wijzigen.

  2. Klik op het pictogram '+' in het dialoogvenster [Bestanden] om een bestand toe te voegen.

    OPMERKING

    U kunt geen bestand toevoegen wanneer het product een vast document bevat. Het vaste document wordt door de systeembeheerder toegevoegd aan het product.

    De systeembeheerder kan de optie [De operator toestaan de bestanden van opdrachten te wijzigen] in de werkruimte [Configuratie] inschakelen. Vervolgens kunt u inhoud toevoegen aan of wijzigen in een product met een vast document.

  3. Selecteer het type bestand dat u wilt toevoegen.

    Bestandstype

    Acties

    [Digitaal bestand]

    Blader naar het bestand en klik op [Openen]. U kunt ook bestanden naar het gebied [Bestanden] slepen en neerzetten.

    U kunt diverse bestandstypen aan uw opdracht toevoegen. De systeembeheerder bepaalt welke bestandstypen u kunt toevoegen en vanuit welke bestandsbronnen u bestanden kunt toevoegen.

    Voor elk toegestane bestandstype moet de operator over een toepassing beschikken waarmee het bestandstype kan worden geopend. Er verschijnt een foutbericht wanneer u een bestandtype selecteert dat niet wordt ondersteund.

    • Voor elk PDF-bestand:

      Tijdens de automatische kleurdetectie worden het aantal kleurenpagina's en het aantal zwart-witpagina's berekend. Het pictogram verschijnt als u de aanwijzer van de muis over het bestand beweegt.

    • Voor elk niet-PDF-bestand:

      Klik op het pictogram dat hieronder wordt weergegeven om het aantal kleurenpagina's en zwart-witpagina's in te stellen. Het pictogram verschijnt als u de aanwijzer van de muis over het bestand beweegt.

    De kosten van de opdracht kunnen worden gebaseerd op het aantal kleurenpagina's, het aantal zwart-witpagina's en de informatie in de opdrachtbon.

    [Papieren origineel]

    Typ een naam voor het bestand. U kunt een opdracht zonder bijgevoegd bestand verzenden. Er wordt alleen een opdrachtbon verzonden. De klant kan het papieren origineel vervolgens naar de repro verzenden, bijvoorbeeld via de interne post.

    De optie [Papieren origineel] wordt ook gebruikt voor kopieeropdrachten. Voor accountingdoeleinden kunnen dergelijke opdrachten worden toegevoegd aan een afdrukopdracht.

    [Ander digitaal bestand]

    Typ een naam voor het bestand. U kunt een opdracht zonder bijgevoegd bestand verzenden. Er wordt alleen een opdrachtbon verzonden. U kunt deze optie gebruiken wanneer het digitale bestand nog niet kan worden toegevoegd aan de opdracht. Bijvoorbeeld een digitaal bestand op een cd.

    De klant kan het andere digitale bestand naar de repro verzenden, bijvoorbeeld via de interne post.

    OPMERKING

    U kunt een bestand bewerken door te klikken op het potloodpictogram. Het bestand wordt dan geopend met de bijbehorende toepassing. U kunt het bestand niet bewerken als er geen toepassing bij het bestandstype hoort.

  4. Uw wijzigingen worden automatisch opgeslagen.

    Elk niet-PDF-bestand wordt door de toepassing automatisch geconverteerd naar een PDF-bestand.

    Als de opdracht meerdere bestanden bevat, worden de PDF-bestanden automatisch samengevoegd tot één document. Hoe de bestanden worden samengevoegd, hangt af van de volgorde van de bestanden. U kunt een bestand naar de juiste positie slepen.

Aanvullende acties

Omschrijving

De volgorde van de bestanden wijzigen

  1. Selecteer de opdracht die u wilt wijzigen.

  2. U kunt een bestand naar de juiste positie slepen.

Een bestand in een opdracht vervangen

  1. Selecteer de opdracht die u wilt wijzigen.

  2. Klik op het pictogram [Vervangen]. Het pictogram verschijnt als u de aanwijzer van de muis over het bestand beweegt.

  3. Blader naar het bestand dat u wilt bijvoegen bij de opdracht.

  4. Klik op de knop [Openen].

    Het geselecteerde bestand wordt vervangen door het nieuwe bestand.

Een bestand uit een opdracht verwijderen

Een opdracht moet ten minste één bestand bevatten. Het pictogram [Bestand verwijderen] wordt weergegeven als de opdracht meer dan één bestand bevat.

  1. Selecteer de opdracht die u wilt wijzigen.

  2. Klik op het pictogram [Bestand verwijderen]. Het pictogram verschijnt als u de aanwijzer van de muis over het bestand beweegt.

  3. Bevestig dat u het bestand wilt verwijderen.

    Het bestand wordt uit de opdracht verwijderd.

De bestanden of het samengevoegde document bekijken

Als de opdracht meerdere bestanden bevat, worden de PDF-bestanden automatisch samengevoegd tot één document. Hoe de bestanden worden samengevoegd, hangt af van de volgorde van de bestanden. Het samengevoegde document is het PDF-bestand boven in het gedeelte [Bestanden]. De bestanden van het samengevoegde document zijn ingesprongen.

  1. Selecteer een opdracht.

    • Klik op het pictogram Inzien om het samengevoegde document te bekijken. Het pictogram verschijnt als u de aanwijzer van de muis over het samengevoegde document beweegt. Het weergavepictogram is niet beschikbaar wanneer de conversie of de samenvoeging van de bestanden is mislukt.

    • U kunt een bestand bekijken door op het pictogram te klikken. Het pictogram verschijnt als u de aanwijzer van de muis over een bestand beweegt.