De printer heeft twee uv-lampeenheden – één aan elke zijde van de wagen – om de inkt tijdens het printen uit te harden. De filters in deze uv-lampeenheden hebben een beperkte levensduur en moeten vervangen worden door de operator om de levensduur van de lamp te verlengen en de uithardingsefficiëntie te optimaliseren.
Deze filters moeten elke twee weken vervangen worden.
Vanwege het risico van deels uitgeharde inktafzettingen, wordt u geadviseerd handschoenen te dragen als u van plan bent gebruikte lampfilters aan te raken.
Als u gebruikte filters niet vervangt, zullen de lampen een hogere temperatuur krijgen en zullen de interne onderdelen van de lampen eerder defect raken.
Voor het vervangen van de uv-lampfilters hoeft de voeding van de printer niet uitgeschakeld te worden. Zorg wel dat de lampen zelf zijn uitgeschakeld. Hiervoor heft u in de gebruikersinterface de selectie van het lamp-pictogram op. Wacht vervolgens enkele minuten totdat de lamp is afgekoeld.
Zorg dat u katoenen of nitrilhandschoenen draagt als u de uv-lampfilters aanraakt. Let op dat uw huid niet in contact komt met uv-lampfilters die vervuild zijn met deels uitgeharde inkt.