De opvangblad beweegt omlaag tijdens het afdrukproces om ruimte te maken voor de groeiende stapel uitvoer.
Het workflowprofiel bepaalt naar welke uitvoerladen PRISMAsync de afgedrukte uitvoer verzendt. Zodra de maximumcapaciteit van een uitvoerlade is bereikt, gaat de afgedrukte uitvoer automatisch naar de volgende beschikbare lade. Als in alle beschikbare laden de maximumcapaciteit is bereikt, stopt het afdrukproces. Verwijder alle afgedrukte uitvoer uit de uitvoerladen. De uitvoerladen bewegen omhoog en het afdrukproces wordt hervat.
Plaats uw vingers niet in de stapeleenheid / nieteenheid als deze in gebruik is. Dit kan leiden tot persoonlijk letsel of schade aan de stapeleenheid / nieteenheid.
Plaats bij het verwijderen van papier uit het opvangblad uw handen niet op het opvangblad van de stapeleenheid / nieteenheid. De opvangblad kan omhoog komen, waardoor uw handen bekneld kunnen raken.
Plaats uw handen niet in het deel van het opvangblad nabij de rollen waar het nieten plaatsvindt. Dit kan leiden tot persoonlijk letsel.
Plaats geen voorwerpen in de opvangbladen van de stapeleenheid / nieteenheid. Dit kan leiden tot beschadiging van de opvangbladen.
Plaats geen voorwerpen onder de papierladen van de stapeleenheid / nieteenheid. Dit kan leiden tot beschadiging van de opvangbladen.
Voor nieten met de professionele stapeleenheid / nieteenheid:
Als het materiaal smal is, kunnen de geniete sets ongelijkmatige randen hebben.
Wanneer geniete sets gecoate kaften hebben, kunnen de kaften van sets in het opvangblad vuil worden door de nietjes.
Velijn, transparanten, etiketten en enveloppen kunt u niet nieten.
Voor het maken van boekjes met de professionele stapeleenheid / nieteenheid:
U kunt geen boekjes maken van velijn, transparanten, vooraf geponst papier, tabbladen, etiketten en enveloppen.
Wanneer de kaft minder weegt dan 64 g/m² / 17 lb bond, kan het materiaal kreukelen bij gebruik van rugnieten.
Wanneer de kaft minder weegt dan 64 g/m² / 17 lb bond, kunnen de randen van de boekjes ongelijkmatig worden afgesneden.
Als het materiaalformaat klein is, kunnen de boekjes ongelijkmatige randen krijgen bij gebruik van rugnieten.
Als het materiaalformaat klein is, kunnen de boekjes ongelijkmatige randen krijgen bij het afsnijden.
Wanneer gecoat papier of inschietvellen worden gebruikt voor kaften, kan de eerste pagina na de kaft vastkleven aan de achterkant van de kaft.
Wanneer gecoat papier of inschietvellen worden gebruikt voor kaften, kunnen er tonervlekken verschijnen op de kaften.
Wanneer gecoat papier of inschietvellen worden gebruikt voor kaften, kunnen er barsten verschijnen rond de vouwen van de kaft.
Voor nieten met de standaard stapeleenheid / nieteenheid:
Maak geen nietjes wanneer het papier minder weegt dan 60 g/m² / 16 lb bond.
Voor het maken van boekjes met de standaard stapeleenheid / nieteenheid:
Maak geen boekjes wanneer het materiaal minder weegt dan 60 g/m² / 16 lb bond.
U kunt materiaal niet van rugnieten voorzien als het materiaal minder weegt dan 256 g/m² / 94 lb cover.
U kunt velijn, transparanten, vooraf geponst papier, tabbladen, etiketten en enveloppen niet van rugnieten voorzien.
U kunt materiaal niet van rugvouwen voorzien als het materiaal minder weegt dan 256 g/m² / 94 lb cover.
U kunt velijn, transparanten, vooraf geponst papier, tabbladen, etiketten en enveloppen niet van rugvouwen voorzien.
Voor ponsen met de standaard stapeleenheid / nieteenheid:
U kunt materiaal niet ponsen als het materiaal minder weegt dan 256 g/m² / 94 lb cover.
De ponseenheden zijn niet geschikt voor zwaar, gecoat materiaal (meer dan 221 g/m²), velijn, transparanten, vooraf geponst papier, etiketten en enveloppen.
Zorg ervoor dat de boekjeslade van de standaard stapeleenheid / nieteenheid overeenkomt met het juiste boekjesformaat om papierstoringen te voorkomen.