Loading

Opdrachtnaam, aantal sets of afdrukbereik wijzigen

Naar de opdrachteigenschappen gaan

Opdracht bewerken
  1. Druk op de opdracht.

  2. Druk op [Bewerk].

Wijzigen, aantal sets

  1. Druk in [Opdracht] op [Aantal sets].

    [Aantal sets]
  2. Geef het aantal sets op (maximaal 65.000).

  3. Druk op [OK].

Het afdrukbereik wijzigen

Met het afdrukbereik wordt aangegeven welke bronbestandspagina's worden afgedrukt. Voor opdrachten met variabele gegevens kunt u de records selecteren die u wilt afdrukken.

  1. Druk in [Opdracht] op [Afdrukbereik].

  2. Selecteer een van de volgende opties:

    • [Alles]: hiermee drukt u het hele pagina- of recordbereik af.

    • [Pagina bereik]: hiermee drukt u een deel van de bronbestandspagina's af. Voer vervolgens de eerste en laatste pagina in.

    • [Recordbereik]: hiermee drukt u een recordbereik van een opdracht met variabele gegevens af. Voer vervolgens de eerste en laatste record in.

  3. Druk op [OK].

Opdrachtnamen wijzigen

De opdrachtnaam is de naam van de opdracht die tijdens het voorbereiden van de opdracht is gedefinieerd. U kunt de naam wijzigen. Wanneer de optie voor de lange opdrachtnaam is ingeschakeld, wordt de opdrachtnaam op twee regels weergegeven.

  1. Druk in [Opdracht] op [Opdrachtnaam].

  2. Geef een nieuwe naam op voor de opdracht.

  3. Druk op [OK].