In uitvoerprofielen wordt beschreven hoe bronkleuren (in Lab) worden toegewezen aan de kleurruimte (in CMYK) van de printer. Ze bevatten informatie over de grenswaarden voor de kleuren die een printer kan reproduceren.
De werkelijke inkthoeveelheden voor het afdrukken van de CMYK-waarden die zijn vastgelegd in het uitvoerprofiel, kunnen na verloop van tijd enigszins veranderen. Printerconfiguratie, de vochtigheid en de temperatuur kunnen de inktproductie van de nozzles beïnvloeden. Deze factoren hebben alleen invloed op de productie van de afzonderlijke proceskleuren, niet op het menggedrag. De materiaalfamiliekalibratie corrigeert de wijzigingen in de genoemde gevallen en zorgt ervoor dat de kleurkwaliteit in de loop van de tijd stabiel blijft.
Een nieuwe modus voor het afdrukken van materiaal heeft de status: [Niet gekalibreerd.] .
U moet een materiaalfamiliekalibratie uitvoeren voor alle modi voor materiaal afdrukken die bij de materiaalfamilie horen. Voer regelmatig materiaalfamiliekalibraties uit om de verwachte verschillen in de kleurreproductie te corrigeren.
Met de tijdschakelaar voor kalibratie van de materiaalfamilie wordt bepaald hoe vaak een materiaalfamiliekalibratie moet worden uitgevoerd. In de materiaalcatalogus wordt met pictogrammen aangegeven wanneer materiaalfamilies volgens de tijdschakelaar moeten worden gekalibreerd.
Na voltooiing van de materiaalfamiliekalibratie worden in het feedbackvenster de resultaten van de uitgevoerde procedure weergegeven. Afhankelijk van de feedbackgegevens, kunt u besluiten de nieuwe kalibratiecurves op te slaan of de resultaten te negeren en de kalibratiecurves van de vorige materiaalfamiliekalibratie te behouden.
Voor materiaal wordt op het bedieningspaneel het kalibratiesymbool weergegeven wanneer de materiaalfamilie moet worden gekalibreerd.
Een materiaalfamilie krijgt de status: gekalibreerd wanneer alle modi voor het afdrukken van materiaal van deze materiaalfamilie zijn gekalibreerd. In het dialoogvenster voor materiaalfamiliekalibratie wordt aangegeven welke materiaalfamilies en modi voor het afdrukken van materiaal moeten worden gekalibreerd.
In de wizard voor de materiaalfamiliekalibratie wordt u geïnformeerd over de wijze waarop u de procedure moet uitvoeren. Met de procedure voor de materiaalfamilie worden kalibratietabellen op doelmaterialen afgedrukt. In de tabellen wordt het werkelijke kleurgedrag op de voor- en achterzijde van het materiaal weergegeven. De kalibratietabel bevat effen patches (100% CMYK) en patches met verschillende tinten van CMYK.
U meet tabellen met de i1Pro3-spectrofotometer (i1Pro2 wordt ook ondersteund).