De printer maakt gebruik van een vacuüm om materiaal op de printertafel te kunnen vasthouden. De GTF-tafel heeft een vacuümzone, de XTF heeft twee vacuümzones. De tafel biedt de mogelijkheid om materiaal op de tafel te plaatsen zonder de vacuümopeningen af te dekken. Het vacuümsysteem regelt de druk automatisch.
Via het vacuümpedaal wordt het tafelvacuüm in- of uitgeschakeld. Zodoende kan de bediener het materiaal op de vacuümtafel vastzetten, omdat hij hiervoor zijn handen vrij heeft. Het vacuüm moet worden ingeschakeld voordat een afdruk wordt gestart, en het vacuüm kan niet worden uitgeschakeld voordat een afdruk is voltooid.
De vacuümmeter bevindt zich op de tafel. Aangezien de XTF-tafel twee zones heeft, beschikt hij ook over twee meters.
Er zijn 4 vacuümniveaus:
Maximum (-14 tot -20)
Hoog (-12)
Gemiddeld (-6)
Laag (-2)
Geen
De drukmeter geeft de operator belangrijke feedback om te controleren of er afdekking nodig is om de streefdruk te bereiken.
Als zich inkt op de overlay-plaat ophoopt, dient de inkt te worden verwijderd. Als de inkt niet wordt verwijderd, kan de doorvoerhoogte nadelig worden beïnvloed, en dit kan ertoe leiden dat de vacuümtafel het materiaal niet meer goed kan vasthouden. Om de inkt te verwijderen, adviseren wij het gebruik van een verfkrabber met een recht mesblad. Raadpleeg het gedeelte Onderhoud voor nadere instructies.