Als u een opdracht wilt vouwen, moet u zorgen dat er een vouweenheid is geïnstalleerd en op de printer is geconfigureerd. Om het vouwproces te optimaliseren is het het gemakkelijkst om eerst een vouwsjabloon te maken en daarna een opdracht te verzenden.
U wordt geadviseerd een specifieke sjabloon voor vouwdoeleinden te maken en gebruiken. Stel het volgende in in de sjabloon:
De documenteigenschappen: beeldrichting, legendapositie en bestandsindeling. Zie De eigenschappen van het document instellen.
Stel de standaard CAD- of leesrichting in en activeer de optie [Automatische detectie van de legenda].
Controleer de [Time-out voor automatische legendadetectie] in de [Voorkeuren]. Zie Geavanceerde instellingen voor meer informatie.
De afdrukinstellingen: materiaal, lay-out, beeld en afwerking.
Selecteer het automatische gedrag voor Materiaal, [Elke soort], [Elk formaat] om het systeem het best geschikte materiaal te laten opgeven. Materiaal van een rol die breder is dan 36 inch (91,44 cm) kan niet op de vouwer worden afgeleverd.
Voor printermodellen die met de Océ PlotWave folder geïntegreerd worden, kunt u het formaat en de stijl van het gevouwen pakket bewerken in de tegel [Printuitvoer]. Zie Vouwinstellingen opgeven voor een Océ-vouwer.
Voor printermodellen die met een Océ estefold-vouwer geïntegreerd worden, selecteert u het juiste vouwprogramma in de tegel [Printuitvoer].
Geef de sjabloon een herkenbare naam zodat u ziet dat deze voor vouwen bedoeld is. Zie voor meer informatie Een nieuwe sjabloon maken
Selecteer een document.
Selecteer de vouwsjabloon.
Het is belangrijk een gevouwen uitvoer af te leveren waarvan de legenda zich aan de bovenkant van het gevouwen pakket bevindt. Als het door het geselecteerde materiaal en de printinstellingen niet mogelijk is de gevouwen uitvoer af te leveren met de legenda aan de bovenkant van het gevouwen pakket, dan wordt er een foutmelding weergegeven: [De legenda verschijnt niet bovenop het gevouwen pakket.]. U kunt de opdracht dan opnieuw verzenden.
U kunt de eigenschappen voor elk document aanpassen. Rechtsklik op een document in de documentenlijst om de eigenschappen ervan te openen.
U kunt de afdrukinstellingen voor elk document aanpassen. Selecteer een document om de afdrukinstellingen weer te geven.
Controleer het volgende in het afdrukvoorbeeld:
- De positie van het beeld op het geselecteerde materiaal.
- Het deel van het beeld dat aan de bovenzijde van het gevouwen pakket komt.
OPMERKING
Gebruik de knop voor snelle rotatie in de voorbeeldweergave om het beeld gemakkelijk linksom te draaien. U kunt deze mogelijkheid gebruiken om de legenda correct op het materiaal te plaatsen.
Als u de instellingen van het vouwprogramma zelf wilt wijzigen, moet u dit doen in de Océ Express WebTools van de printer.
Als de opdracht gereed is om te worden afgedrukt, vult u de productie-instellingen voor de opdracht in en klikt u op de groene knop [Afdrukken].