De bestemming van een afdrukopdracht wordt bepaald wanneer een opdracht wordt verzonden. Het actieve workflowprofiel en de geautomatiseerde workflow kunnen de bestemming echter overschrijven. Voltooide afdrukopdrachten worden opgeslagen in de lijst met afgedrukte opdrachten, indien ingeschakeld.
In de modus voor transactieprinten verzendt PRISMAsync de streamopdrachten rechtstreeks naar de lijst met geplande opdrachten.
Wanneer opdrachten aankomen in de lijst met wachtende opdrachten, kunt u de afdrukvolgorde van de opdrachten bepalen. U kunt ook instellingen van afdrukopdrachten wijzigen of pagina's programmeren. Selecteer een of meer opdrachten door erop te drukken of met een van de opties in het menu [Selecteren]. Geef de opdracht [Afdrukken] om de opdrachten naar de lijst met geplande opdrachten te verzenden.
Om de afdrukproductiviteit te verhogen kunt u de functie voor het bundelen van opdrachten gebruiken om meerdere opdrachten te combineren in één opdracht. De oorspronkelijke opdrachten zijn niet meer zichtbaar, maar u kunt de oorspronkelijke opdrachten herstellen met de splitsfunctie. U kunt een aantal instellingen en de afdrukvolgorde van de afzonderlijke opdrachten in de gebundelde opdracht wijzigen.
De DocBox is een opdrachtbestemming om opdrachten te verzamelen vóór het afdrukken. Met DocBox-mappen kunnen opdrachten eenvoudig worden gegroepeerd op opdrachteigenaar of afdeling. Er kunnen ook DocBox-mappen worden gebruikt voor opdrachten die moeten worden afgedrukt op basis van specifieke vereisten. De DocBox-map [Public] kan door alle operators worden gebruikt.
De systeembeheerder maakt de DocBox-mappen. De systeembeheerder kan DocBox-mappen beschermen met een pincode. De DocBox-map [Public] kan altijd zonder pincode worden geopend. U gebruikt de optie [Vergrendelen] om DocBox-opdrachtgegevens te beschermen.
De opdrachten worden afgedrukt in de volgorde van de lijst met geplande opdrachten. U kunt de afdrukvolgorde echter wijzigen wanneer een of meer opdrachten een hogere prioriteit hebben. Daarnaast kunt u een afdrukopdracht uitstellen of stoppen.
In de planning kunt u de afdrukproductie maximaal acht uur vooruit plannen. De planning vertelt u alles wat u weten moet om het systeem draaiende te houden.
Wanneer een opdracht gereed is, wordt deze weergegeven in de lijst met afgedrukte opdrachten. Als u een afgedrukte opdracht opnieuw wilt afdrukken, moet u deze opdracht selecteren in de lijst met afgedrukte opdrachten en op de optie [Afdruk] drukken. Met deze optie kunnen afgedrukte opdrachten eenvoudig naar de lijst met geplande opdrachten worden omgeleid. Afgedrukte opdrachten blijven beschikbaar nadat de printer is uitgeschakeld. Proefafdrukken of gestopte opdrachten zijn niet zichtbaar in de lijst met afgedrukte opdrachten.
In de volgende situaties kunt u opdrachten niet opnieuw afdrukken:
De lijst met afgedrukte opdrachten is uitgeschakeld in de Settings Editor.
De modus voor transactieprinten is ingeschakeld.
PRISMAsync heeft de afdrukopdrachten al uit de lijst verwijderd.