Loading

Uw eigen opdrachtfilter maken

De systeembeheerder configureert of u uw eigen filters kunt maken. Filters die u maakt, zijn niet beschikbaar voor andere operators. Met een filter worden de opdrachten en orders weergegeven die overeenkomen met de vereiste filtercriteria. Alle andere opdrachten en orders worden verborgen.

Aanvullende acties

Omschrijving

De naam van een filter wijzigen

U kunt de naam van filters die door de systeembeheerder zijn gemaakt niet wijzigen.

  1. Klik op het filtergedeelte in de onderste balk en klik op [Naam filter wijzigen].

  2. Selecteer het filter waarvan u de naam wilt wijzigen.

  3. Geef een filternaam en een beschrijving op voor het filter.

  4. Klik op [OK].

Een filter verwijderen

U kunt de filters die door de systeembeheerder zijn gemaakt niet verwijderen.

  1. Klik op het filtergedeelte in de onderste balk en klik op [Filter verwijderen].

  2. Selecteer het filter dat u wilt verwijderen.

  3. Klik op [Ja].

  1. Klik op het filtergedeelte in de onderste balk en klik op [Filter bewerken]. In het filtergedeelte in de onderste balk wordt een pictogram van een trechter weergegeven.

  2. Voeg bonitems toe aan het filter.

    1. Selecteer het bonitem dat u wilt toevoegen aan het filter en schakel de optie [Gebruiken in filter] in.

      Klik op [Orderitems] om orderitems toe te voegen aan uw filter. Klik op [Opdrachtitems] om opdrachtitems toe te voegen.

    2. Wijs een waarde toe aan het bonitem.

    3. Herhaal dit proces totdat u uw filter hebt gedefinieerd.

  3. Klik op [OK].

    Het filter wordt als een [Tijdelijk filter] toegevoegd aan het filtergedeelte in de onderste balk. Als u het filter wilt opslaan, gaat u als volgt verder.

  4. Klik op het filtergedeelte in de onderste balk en klik op [Filter opslaan als...].

  5. Geef een filternaam en een beschrijving op voor het filter.

  6. Klik op [OK].